Einde inhoudsopgave
Besluit kwaliteit kinderopvang
Bijlage 2
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2018
- Bronpublicatie:
23-08-2017, Stb. 2017, 323 (uitgifte: 01-09-2017, kamerstukken/regelingnummer: -)
23-08-2017, Stb. 2017, 324 (uitgifte: 01-09-2017, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-08-2017, Stb. 2017, 323 (uitgifte: 01-09-2017, kamerstukken/regelingnummer: -)
23-08-2017, Stb. 2017, 324 (uitgifte: 01-09-2017, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Sociale zekerheid kinderen en jongeren / Kinderopvang
Jeugdbeleid / Kinderopvang
als bedoeld in de artikelen 8, tweede lid, en 17, tweede lid, van het Besluit kwaliteit kinderopvang
1
De houder stelt jaarlijks op 1 januari, zijnde de peildatum, het aantal kindercentra dat hij exploiteert vast en het totaal aantal fte waarvoor beroepskrachten werkzaam zijn bij het kindercentrum of, indien de houder meer dan één kindercentrum exploiteert, de kindercentra.
2
Op basis van het aantal kindercentra dat de houder exploiteert en het totaal aantal fte waarvoor beroepskrachten werkzaam zijn bij het kindercentrum of, indien de houder meer dan een kindercentrum exploiteert, de kindercentra, wordt het minimaal aantal uren waarvoor de houder pedagogisch beleidsmedewerkers inzet voor het jaar waarin de peildatum valt, bepaald volgens de volgende formule: vijftig uren voor de totstandkoming en implementatie van pedagogische beleidsvoornemens maal het aantal kindercentra dat de houder op de peildatum exploiteert plus tien uren voor het coachen van beroepskrachten bij de uitvoering van hun werkzaamheden maal het aantal fte waarvoor op de peildatum beroepskrachten werkzaam zijn bij het kindercentrum of, indien de houder meer dan één kindercentrum exploiteert, de kindercentra.