Einde inhoudsopgave
Algemeen militair ambtenarenreglement
Artikel 111 Vervoer voor rekening van het rijk en tegemoetkoming in reis- en verblijfkosten
Geldend
Geldend vanaf 04-09-1998. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 01-01-1998
- Bronpublicatie:
07-08-1998, Stb. 1998, 528 (uitgifte: 01-01-1998, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
04-09-1998, terugwerkend tot: 01-01-1998
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
07-08-1998, Stb. 1998, 528 (uitgifte: 01-01-1998, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Ambtenarenrecht / Arbeidsvoorwaarden
Ambtenarenrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
De niet in werkelijke dienst verblijvende militair en de gewezen militair die in bij ministeriële regeling te bepalen gevallen moeten reizen teneinde te voldoen van een oproep van het bevoegde gezag, dan wel in verband met het verwezenlijken van aanspraken op grond van artikel 104, hebben volgens bij ministeriële regeling te stellen regels aanspraak op vervoer voor rekening van het Rijk alsmede op een tegemoetkoming in de noodzakelijk gemaakte verblijfkosten, voor zover zij hierop niet uit anderen hoofde aanspraak kunnen doen gelden.
2.
Indien een militair of een gewezen militair, als bedoeld in het eerste lid, naar het oordeel van de functionaris, bij wie hij zich moet vervoegen, niet alleen kan reizen, is het eerste lid van overeenkomstige toepassing op degene die hem begeleidt.