NJB 2012/1689
HR, 13-07-2012, nr. 10/05295: Janssen/JVS Beheer
HR 13-07-2012, ECLI:NL:HR:2012:BW4206 (Janssen/JVS Beheer)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
13 juli 2012
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, J.C. van Oven, A.H.T. Heisterkamp, C.E. Drion en G. Snijders;
- Zaaknummer
10/05295
- Conclusie
A-G mr. L. Timmerman
- LJN
BW4206
- Roepnaam
Janssen/JVS Beheer
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2012:BW4206, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑07‑2012
ECLI:NL:HR:2012:BW4206, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 13‑07‑2012
Beroepschrift, Hoge Raad, 15‑04‑2011
- Wetingang
BW art. 6:6 lid 1; Rv art. 24
Essentie
Pluraliteit van schuldenaren. De bank heeft een lening verstrekt aan twee tot hetzelfde concern behorende maatschappijen gezamenlijk. Een van de maatschappijen gaat failliet. Volgens de curator moet de andere maatschappij de helft dragen van de aflossing van de leningschuld. Het hof gaat ook daarvan uit. HR: Draagplicht. De hoofdregel van art. 6:6 lid 1 BW (de schuldenaren zijn ieder voor een gelijk deel verbonden) ziet niet op de onderlinge draagplicht van de schuldenaren. Indien binnen een concern geen regeling is getroffen over de toerekening van aan verscheidene vennootschappen gezamenlijk verstrekte kredieten, wordt hun onderlinge draagplicht bepaald door het antwoord ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.