Hof 's-Gravenhage, 23-10-2006, nr. 2200050906
ECLI:NL:GHSGR:2006:AZ0612, Cassatie: (Gedeeltelijke) vernietiging en zelf afgedaan
- Instantie
Hof 's-Gravenhage
- Datum
23-10-2006
- Zaaknummer
2200050906
- LJN
AZ0612
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:GHSGR:2006:AZ0612, Uitspraak, Hof 's-Gravenhage, 23‑10‑2006; (Hoger beroep)
Conclusie in cassatie: ECLI:NL:PHR:2009:BG4822
Cassatie: ECLI:NL:HR:2009:BG4822, (Gedeeltelijke) vernietiging en zelf afgedaan
Uitspraak 23‑10‑2006
Inhoudsindicatie
Tussenarrest inzake Van Anraat - persbericht
Uitspraak tussenarrest Van Anraat maandag 23 oktober 2006 te 09.30 uur
Het hof wijst vandaag tussenarrest in de zaak Van Anraat. Op de terechtzitting van 9 oktober jl. zijn de verzoeken besproken die de verdediging met het oog op de behandeling in hoger beroep heeft. In het tussenarrest van vandaag geeft het hof zijn beslissing op die verzoeken. De belangrijkste daarvan zijn - samengevat - de navolgende. Vanzelfsprekend is de tekst van het tussenarrest beslissend.
De rechter-commissaris heeft al eerder het verhoor van een kleine twintig getuigen noodzakelijk geoordeeld en het verhoor van die getuigen ook ter hand genomen; dat traject loopt gewoon door. Zo is inmiddels bijvoorbeeld de oud-minister van Buitenlandse Zaken en speciaal rapporteur van de mensenrechtencommissie van de VN, Van der Stoel, gehoord.
Van een vijftal van deze getuigen heeft de rechter-commissaris inmiddels vastgesteld dat hun verhoor niet zal lukken. Die getuigen worden dan ook door het hof afgewezen.
Het hof heeft de rechter-commissaris gevraagd nog een aantal andere getuigen te willen horen. Het gaat daarbij onder meer om twee oud-ambassadeurs in Bagdad, een toenmalig medewerker van Van der Stoel, een hoge functionaris van het chemische wapenprogramma bij het bedrijf SEORGI en een andere sleutelfiguur ter zake.
Bovendien heeft het hof aan de rechter-commissaris gevraagd om na te gaan welk perspectief er is dat Saddam Hussein en twee andere prominente leden van het toenmalige regiem, die in de tenlastelegging worden genoemd, op korte termijn als getuige kunnen worden gehoord, dan wel aan hen vragen ter beantwoording kunnen worden voorgelegd. Afhankelijk van de bevindingen van de rechter-commissaris zal het hof zich nader beraden.
Overige getuigen worden door het hof afgewezen, op uiteenlopende gronden. Dat kan zijn omdat een getuige al eerder ten overstaan van de verdediging is gehoord en een hernieuwd verhoor niet noodzakelijk wordt geoordeeld, of omdat niet aannemelijk is dat hetgeen de getuige zou kunnen verklaren van belang kan zijn voor de beoordeling van de strafzaak. Maar het kan ook zijn omdat door het achterwege blijven van het verhoor de verdachte niet in zijn verdediging wordt geschaad of omdat er geen reële kans is de gevraagde getuige op een aanvaardbare termijn te horen.
Het hof wijst de verzoeken met betrekking tot de ambtsberichten van de AIVD en andere veiligheidsdiensten omtrent de verdachte af. Voor wat betreft de verzochte codeberichten van het ministerie van Buitenlandse Zaken wil het hof eerst via een getuigenverhoor door de rechter-commissaris opheldering hebben over de vraag op welke manier de selectie van archiefstukken van dat ministerie is gemaakt. Tevens wil het hof dat de advocaat-generaal aan het meest in aanmerking komend ministerie opheldering vraagt over het wapenexportbeleid van de Nederlandse overheid en van de internationale rechtsgemeenschap jegens Irak in - globaal gezegd - de jaren tachtig van de vorige eeuw. En daarbij gaat het in het bijzonder om grondstoffen voor chemische wapens.
Het hof wil de zaak inhoudelijk in april volgend jaar behandelen. Ter terechtzitting zal dan ook de heer Wolterbeek als getuige-deskundige worden gehoord. De heer Wolterbeek was verbonden aan de commissie van de VN die in Irak onder meer de chemische wapenfaciliteiten inspecteerde. Hij rapporteerde eerder over de betekenis van de door Van Anraat geleverde chemische grondstoffen zoals thiodiglycol voor de productie van chemische wapens in de jaren tachtig tijdens het regiem van Saddam Hussein.
Het hof wijst het verzoek tot opheffing dan wel schorsing van de voorlopige hechtenis van de verdachte af.
Dit arrest is gewezen door mr. G. Oosterhof, mr. G.P.A. Aler en
mr. F. Heemskerk, in bijzijn van de griffier mr. M.C. Zuidweg.