NJ 2005, 12
Toepasselijkheid van artikel 6 lid 1 op civiele vordering binnen het (Franse) strafproces. Geen schending.
EHRM 12-02-2004, ECLI:NL:XX:2004:AO5497
- Instantie
Europees Hof voor de Rechten van de Mens
- Datum
12 februari 2004
- Zaaknummer
47287/99
- LJN
AO5497
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Internationaal belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:XX:2004:AO5497, Uitspraak, Europees Hof voor de Rechten van de Mens, 12‑02‑2004
- Wetingang
EVRM art. 6 lid 1
Essentie
Toepasselijkheid van artikel 6 lid 1 op civiele vordering binnen het (Franse) strafproces. Geen schending.
Samenvatting
Het hof concludeert dat haar jurisprudentie betreffende de vraag of, in het geval van een civiele vordering binnen het strafproces, sprake is van een geschil over een burgerlijk recht, terwijl de uitkomst van dat geschil direct beslissend is voor dat recht, de analyse naar de toepasselijkheid van artikel 6 lid 1 EVRM, te veel compliceert in termen van voorzienbaarheid. Om die reden komt het hof tot een nieuwe benadering (§ 54-56).
Gelet op de karakteristieken van de procedure voor de benadeelde ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.