NJ 2004, 207
Door een nieuwe regeling voor nachtvluchten ondervinden acht nabij Heathrow wonende Britten vanaf 1993 een grotere geluidsoverlast 's nachts. Dit verstoort hun slaapritme en dwingt sommigen ertoe te verhuizen. Geen schending art. 8 EVRM, schending art. 13 EVRM.
EHRM 08-07-2003, ECLI:NL:XX:2003:AO0091, m.nt. E.J. Dommering
- Instantie
Europees Hof voor de Rechten van de Mens (Grote kamer)
- Datum
8 juli 2003
- Magistraten
Wildhaber, Costa, Ress, Bonello, Palm, Cabral Barreto, Türmen, Stráznická, Butkevych, Zupancic, Vajic, Botoucharova, Kovler, Zagrebelsky, Steiner, Pavloschi, sir B. Kerr
- Zaaknummer
36022/97
- Noot
E.J. Dommering
- LJN
AO0091
- JCDI
JCDI:ADS66271:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Internationaal publiekrecht / Rechtshandhaving
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Milieurecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:XX:2003:AO0091, Uitspraak, Europees Hof voor de Rechten van de Mens (Grote kamer), 08‑07‑2003
- Wetingang
Samenvatting
Als individuen direct en ernstig worden getroffen door lawaai of andere vervuiling, kan een kwestie onder art. 8 EVRM opkomen (§ 96). Wel heeft het EVRM terzake een aanvullende rol (§ 97). In een zaak als deze, met beslissingen van een lidstaat die gevolgen hebben voor milieukwesties, onderzoekt het Hof twee aspecten: de inhoud van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.