NJ 2004, 447
Verzuim van de Franse Staat om zijn nationale wetgeving in overeenstemming te brengen met de 6e Europese Richtlijn; weigering van de Franse administratieve gerechten om Europees recht toe te passen. Schending.
EHRM 16-04-2002, ECLI:NL:XX:2002:AO5258, m.nt. E.A. Alkema
- Instantie
Europees Hof voor de Rechten van de Mens
- Datum
16 april 2002
- Magistraten
Baka, Costa, Gaukur Jörundsson, Loucaides, Bîrsan, Ugrekhelidze, Mularoni
- Zaaknummer
36677/97
- Noot
E.A. Alkema
- LJN
AO5258
- JCDI
JCDI:ADS66278:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Internationaal belastingrecht / Discriminatieverbod
EU-recht (V)
Europees belastingrecht / Discriminatie
- Brondocumenten
ECLI:NL:XX:2002:AO5258, Uitspraak, Europees Hof voor de Rechten van de Mens, 16‑04‑2002
- Wetingang
EVRM art. 14; Eerste Protocol art. 1
Essentie
Verzuim van de Franse Staat om zijn nationale wetgeving in overeenstemming te brengen met de 6e Europese Richtlijn; weigering van de Franse administratieve gerechten om Europees recht toe te passen. Schending.
Samenvatting
Ten tijde van haar beroep had klaagster op basis van de 6e Richtlijn een valide claim tegen de Franse staat wegens ten onrechte betaalde BTW. Een dergelijk ‘bezit’ valt onder het eigendomsbegrip als bedoeld in artikel 1, Eerste Protocol, zodat dit artikel van toepassing is (§ 48).
In het onderhavige geval werd door de Franse Staat inbreuk gemaakt op het recht van klaagster op het ongestoord ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.