AB 2001, 275
Effectief rechtsmiddel (‘effective remedy’); redelijke termijn.
EHRM 26-10-2000, ECLI:NL:XX:2000:AD5181, m.nt. L.F.M. Verhey (Kudla)
- Instantie
Europees Hof voor de Rechten van de Mens
- Datum
26 oktober 2000
- Magistraten
Wildhaber, Palm, Costa, Pastor Ridruejo, Bonello, Makarczyk, Küris, Türmen, Stránická, Lorenzen, Fischbach, Casadevall, Greve, Baka, Botoucharova, Ugrekhelidze
- Zaaknummer
30210/96
- Noot
L.F.M. Verhey
- LJN
AD5181
- Roepnaam
Kudla
- JCDI
JCDI:ADS660259:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Internationaal belastingrecht / Algemeen
EU-recht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:XX:2000:AD5181, Uitspraak, Europees Hof voor de Rechten van de Mens, 26‑10‑2000
- Wetingang
Essentie
Effectief rechtsmiddel (‘effective remedy’); redelijke termijn.
Samenvatting
Wijziging rechtspraak Hof. Art. 13 EVRM omvat het recht op een effectief rechtsmiddel voor een nationale instantie in verband met een verdedigbare klacht over schending van de redelijke termijn als bedoeld in art. 6 lid 1 EVRM.
Partij(en)
Kudla
tegen
Poland.
Uitspraak
The Law
I. Alleged violation of Article 3 of the Convention
82
The applicant claimed that he had not received adequate psychiatric treatment when in detention from 4 October 1993 onwards. He had been held in Cracow Remand Centre, where there had been no psychiatric ward ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.