NJ 1998, 343
Cassatiemiddel ambtshalve niet-ontvankelijk verklaren in civiele zaak, zonder partijen dienaangaande te hebben gehoord niet in strijd met EVRM
EHRM 23-10-1996, ECLI:NL:XX:1996:AD2631
- Instantie
Europees Hof voor de Rechten van de Mens
- Datum
23 oktober 1996
- Magistraten
Bernhardt, Matscher, Pettiti, Valticos, Pekkanen, Freeland, Makarczyk, Gotchev, Jungwiert
- Zaaknummer
51/1995/557/643
- LJN
AD2631
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:XX:1996:AD2631, Uitspraak, Europees Hof voor de Rechten van de Mens, 23‑10‑1996
- Wetingang
EVRM art. 6 lid 1
Essentie
Een cassatiemiddel ambtshalve niet-ontvankelijk verklaren in een civiele zaak, zonder partijen dienaangaande te hebben gehoord is niet in strijd met het EVRM.
Samenvatting
Klaagster heeft verzuimd in cassatie een interlocutoir vonnis binnen de wettelijke termijn bij de processtukken te produceren. Het hof van cassatie heeft daarop het cassatieberoep ambtshalve niet-ontvankelijk verklaard, zonder waarschuwing vooraf en zonder partijen te hebben gehoord. Is art. 6 lid 1 EVRM geschonden?
Het Hof beantwoordt deze vraag ontkennend. Het recht op toegang tot de rechter is niet absoluut, ofschoon de beperkingen wel het kernrecht intact moeten laten en er ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.