NJ 1997, 555
M.b.t. ruimtelijke ordening komt aan nationale autoriteiten ‘wide margin of appreciation’ toe om te bepalen of inmenging in recht op respect voor de woning (8 EVRCM) in democratische samenleving noodzakelijk is
EHRM 25-09-1996, ECLI:NL:XX:1996:AD2614, m.nt. E.J. Dommering
- Instantie
Europees Hof voor de Rechten van de Mens
- Datum
25 september 1996
- Magistraten
Bernhardt, Vilhjálmsson, Pettiti, Loizou, Morenilla, Freeland, Repik, Jungwiert, Lôhmus
- Zaaknummer
23/1995/529/615
- Noot
E.J. Dommering
- LJN
AD2614
- JCDI
JCDI:ADS146676:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Ruimtelijk bestuursrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:XX:1996:AD2614, Uitspraak, Europees Hof voor de Rechten van de Mens, 25‑09‑1996
- Wetingang
EVRM art. 8
Essentie
M.b.t. de ruimtelijke ordening komt aan de nationale autoriteiten een ‘wide margin of appreciation’ toe om te bepalen of inmenging in het recht op respect voor de woning (art. 8 EVRM) in een democratische samenleving noodzakelijk is.
Samenvatting
De aanvraag van een zigeunerin om een aanlegvergunning om op haar eigen land drie woonwagens te hebben staan, is afgewezen omdat haar belangen niet opwegen tegen de belangen die het geldende bestemmingsplan beoogde te beschermen (met name landelijk schoon). Haar is daarop aangezegd haar woonwagens van het land te verwijderen. Omdat klaagster herhaald weigerde hier gevolg aan te geven, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.