NJ 1996, 577:Rechterlijk bevel aan journalist om identiteit bron te openbaren en boete op weigering dat te doen in strijd met 10 EVRM

NJ 1996, 577

Rechterlijk bevel aan journalist om identiteit bron te openbaren en boete op weigering dat te doen in strijd met 10 EVRM

Documentgegevens:

EHRM 27-03-1996, ECLI:NL:XX:1996:AD2519 (Goodwin/Verenigd Koninkriik)

Instantie: Europees Hof voor de Rechten van de Mens
Datum: 27 maart 1996
Magistraten: Ryssdal, Bernhardt, Thór Vilhjálmsson, Matscher, Walsh, Russo, Spielmann, De Meyer, Valticos, Palm, Bigi, Freeland, Baka, Gotchev, Repik, Jambrek, Kuris, Lõhmus
Zaaknummer: 16/1994/463/544
LJN: AD2519
Roepnaam: Goodwin/Verenigd Koninkriik
JCDI: JCDI:ADS18647:1
Vakgebied(en): Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Internationaal publiekrecht / Rechtshandhaving
Informatierecht (V)
EU-recht (V)
Brondocumenten: ECLI:NL:XX:1996:AD2519, Uitspraak, Europees Hof voor de Rechten van de Mens, 27‑03‑1996
Wetingang: EVRM art. 10; EVRM art. 50

Essentie

Rechterlijk bevel aan journalist om identiteit bron te openbaren en boete op weigering dat te doen zijn in strijd met art. 10 EVRM.

Samenvatting

Bescherming van journalistieke bronnen is één van de fundamentele voorwaarden voor persvrijheid. Zonder die bescherming zouden bronnen ervan worden afgeschrikt de pers te helpen het publiek te informeren over zaken van openbaar belang. Een bevel de bron te onthullen kan de ‘vital public-watchdog’-rol van de pers ondermijnen en het vermogen van de pers om nauwkeurige en betrouwbare informatie te verschaffen negatief beïnvloeden. Gelet op het belang van de bescherming van journalistieke bronnen voor ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.