NJ 1997, 286
Civiele schadevergoedingsprocedure terzake HIV-besmetting na bloedtransfusies; schending 6 lid 1 EVRM wegens overschrijding redelijke termijn
EHRM 08-02-1996, ECLI:NL:XX:1996:AC0233
- Instantie
Europees Hof voor de Rechten van de Mens
- Datum
8 februari 1996
- Magistraten
Ryssdal, Matscher, Pettiti, Spielmann, De Meyer, Foighel, Morenilla, Gotchev, Repik
- Zaaknummer
[1996-02-08/NJ_68240]
- LJN
AC0233
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Internationaal publiekrecht / Rechtshandhaving
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:XX:1996:AC0233, Uitspraak, Europees Hof voor de Rechten van de Mens, 08‑02‑1996
- Wetingang
EVRM art. 6 lid 1; EVRM art. 50
Essentie
Civiele schadevergoedingsprocedure terzake HIV-besmetting na bloedtransfusies; schending art. 6 lid 1 EVRM wegens overschrijding redelijke termijn.
Samenvatting
I.c. wordt niet betwist dat de gewraakte procedure betrekking heeft op de vaststelling van de burgerlijke rechten van klagers. Art. 6 EVRM is derhalve van toepassing (§ 58–60).
Klagers hebben tijdens de procedure herhaaldelijk hun argumenten en vorderingen aangepast. Dit betekent niet dat bepaalde fasen in de procedure bij de vaststelling van de redelijkheid daarvan buiten beschouwing moeten worden gelaten. De vraag naar mogelijke aansprakelijkheid van gedaagden voor AIDS-besmetting van hemofiliepatiënten moet voor elk lid van de Deense ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.