NJ 1993, 711
Telefoontap gecombineerd met tussenkomst undercoveragent / geen schending 8 EVRM wel van lid 1 en 3 onder d EVRM
EHRM 15-06-1992, ECLI:NL:XX:1992:AC4221, m.nt. E.A. Alkema (Lüdi)
- Instantie
Europees Hof voor de Rechten van de Mens
- Datum
15 juni 1992
- Magistraten
Ryssdal, Cremona, Matscher, Walsh, Spielmann, Martens, Loizou, Bigi, Wildhaber
- Zaaknummer
[1992-06-15/NJ_66543]
- Noot
E.A. Alkema
- LJN
AC4221
- Roepnaam
Lüdi
- JCDI
JCDI:ADS146698:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Internationaal publiekrecht / Rechtshandhaving
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Internationaal strafrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:XX:1992:AC4221, Uitspraak, Europees Hof voor de Rechten van de Mens, 15‑06‑1992
- Wetingang
EVRM art. 6 lid 1; EVRM art. 6 lid 3 onder d; EVRM art. 8; EVRM art. 50
Essentie
Telefoontap gecombineerd met tussenkomst van een undercover agent. Geen schending van art. 8, wel van art. 6 lid 1 en 3 onder d EVRM.
Samenvatting
Het woord ‘slachtoffer’ in de context van art. 25 wijst op de persoon die direct is getroffen door het handelen of nalaten in kwestie. Het bestaan van een inbreuk op het verdrag is zelfs denkbaar bij afwezigheid van schade; schade is slechts relevant in de context van art. 50. Strafvermindering ontneemt deze persoon in beginsel slechts zijn status van slachtoffer in geval de nationale autoriteiten, expliciet of in hoofdzaak, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.