NJ 1991, 685
EHRM, 24-05-1988, nr. CEDHSERIEAVOL133: Müller/Zwitserland
EHRM 24-05-1988, ECLI:NL:XX:1988:AD0333, m.nt. E.A. Alkema (Müller/Zwitserland)
- Instantie
Europees Hof voor de Rechten van de Mens
- Datum
24 mei 1988
- Magistraten
Ryssdal, Cremona, Bindschedler-Robert, Evans, Bernhardt, Spielmann, De Meyer
- Zaaknummer
CEDHSERIEAVOL133
- Noot
E.A. Alkema
- LJN
AD0333
- Roepnaam
Müller/Zwitserland
- JCDI
JCDI:ADS146709:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Materieel strafrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:XX:1988:AD0333, Uitspraak, Europees Hof voor de Rechten van de Mens, 24‑05‑1988
- Wetingang
EVRM art. 10 lid 1; EVRM art. 10 lid 2
Essentie
Veroordeling tot een boete en inbeslagname van obscene schilderijen niet in strijd met de door art. 10 EVRM (Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden) beschermde vrijheid van artistieke expressie
Samenvatting
Onder vrijheid van meningsuiting in de zin van art. 10 EVRM valt ook de vrijheid van artistieke expressie. Klagers werden in deze vrijheid belemmerd door inmenging van overheidswege, nl. de strafrechtelijke veroordeling en de inbeslagneming van de schilderijen (par. 27 en 28).
Vraag of de veroordeling een maatregel is die voldoet aan de vereisten van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.