NJ 1987, 581
EHRM, 26-06-1986, nr. 7/1984/79/123-126
EHRM 26-06-1986, ECLI:NL:XX:1986:AC9450, m.nt. E.A. Alkema
- Instantie
Europees Hof voor de Rechten van de Mens
- Datum
26 juni 1986
- Magistraten
Ryssdal, Ganshof Van Der Meersch, Cremona, Wiarda, Vilhjalmsson, Bindschedler-Robert, Lagergren, Golcuklu, Matscher, Pinheiro Farinha, Pettiti, Walsh, Evans, Macdonald, Russo, Bernhardt, Gersing, Spielman
- Zaaknummer
7/1984/79/123-126
- Noot
E.A. Alkema
- LJN
AC9450
- JCDI
JCDI:ADS66280:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Internationaal belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:XX:1986:AC9450, Uitspraak, Europees Hof voor de Rechten van de Mens, 26‑06‑1986
- Wetingang
EVRM art. 6 lid 1; EVRM 1e Protocol art. 1; WAA art. 65
Essentie
Toelatingsprocedure krachtens overgangsbepalingen in de Wet op de Accountants-administratieconsulenten. Geen ‘geschil’ in de zin van art. 6 lid 1 Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM). Geen schending van het eigendomsrecht
Samenvatting
Verschil van mening tussen klagers en commissie voor de toelating over hun vakbekwaamheid als accountant en zodoende over hun beweerde recht om als accountant-administratieconsulent te worden ingeschreven. Vastgesteld moet worden of er een ‘geschil’ (‘contestation’, ‘dispute’) was in de zin van art. 6 lid 1 EVRM (par. 31).
Beginselen, afkomstig uit de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.