NJ 1980, 586
EHRM, 13-05-1980
EHRM 13-05-1980, ECLI:NL:XX:1980:AC3037
- Instantie
Europees Hof voor de Rechten van de Mens
- Datum
13 mei 1980
- Magistraten
Wiarda, Balladore Pallieri, Zekia, Bindschedler-Robert, Liesch, Golcuklu, Pinheiro Farinha
- Zaaknummer
[1980-05-13/NJ_58563]
- LJN
AC3037
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:XX:1980:AC3037, Uitspraak, Europees Hof voor de Rechten van de Mens, 13‑05‑1980
- Wetingang
EVRM art. 6 lid 3 onder c
Essentie
Overheidsaansprakelijkheid voor toegevoegde advocaat.
Samenvatting
De Staat kan niet voor elk gebrek in het optreden van een toegevoegde advocaat aansprakelijk gesteld worden, maar de autoriteiten zijn wel verplicht er voor zorg te dragen dat het recht op gratis rechtsbijstand effectief is.
*Zie de noot onder het arrest (Red.).
Partij(en)
Artico,
tegen
Italie.
Uitspraak
A. heeft in zijn klacht bij de Europese Commissie van 26 april 1974 aangevoerd:
schending van art. 5 lid 1 wegens onrechtmatige detentie en
schending van art. 6 lid 3 sub c, omdat hij de bijstand van een advocaat had moeten ontberen gedurende de cassatieprocedure ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.