FED 2015/38
Redelijke heffingtoets wordt van jaar tot jaar aangelegd
HR 27-02-2015, ECLI:NL:HR:2015:466, m.nt. O.C.R. Marres
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
27 februari 2015
- Magistraten
Overgaauw, Bavinck, Van Kalmthout
- Zaaknummer
13/05184
- Noot
O.C.R. Marres
- JCDI
JCDI:ADS273787:1
- Vakgebied(en)
Belastingrecht algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:466, Uitspraak, Hoge Raad, 27‑02‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 27‑02‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 27‑02‑2015
- Wetingang
Art. 10a Wet VPB 1969
Essentie
Redelijke heffingtoets wordt van jaar tot jaar aangelegd
Samenvatting
Art. 10a lid 3 letter b Wet VPB 1969 bepaalt dat de uitsluiting van de renteaftrek van lid 2 van die bepaling niet van toepassing is wanneer de belastingplichtige aannemelijk maakt dat over de rente bij de crediteur, per saldo een belasting naar de winst of het inkomen wordt geheven welke naar Nederlandse maatstaven redelijk is. De bedoeling van deze bepaling is de uitsluiting van de renteaftrek terug te nemen in die gevallen waarin tegenover de aftrek bij de debiteur, bij de crediteur voldoende heffing over de bedongen rente ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.