NJB 2017/1129:Afwezigheid van alle schuld: voor het slagen van een beroep op avas wegens dwaling ten aanzien van de wederrechtelijkheid van het bewezenverklaarde, is vereist dat aannemelijk is dat de verdachte heeft gehandeld in een verontschuldigbare onbewustheid ten aanzien van de ongeoorloofdheid van de hem verweten gedraging. Van een zodanige onbewustheid kan slechts sprake zijn, indien de verdachte ten tijde van het begaan van het feit in de overtuiging verkeerde dat zijn gedraging niet ongeoorloofd was. In casu niet aannemelijk dat daarvan sprake was nu verdachtes verweer in de kern slechts inhoudt dat het voor de verdachte ‘onduidelijk’ was of het voorhanden hebben van het minipistool geoorloofd was