NJ 2021/260
Jeugdrecht. Uithuisplaatsing; rechtmatigheid verlenging machtiging uithuisplaatsing in hoger beroep na verstrijken geldigheidsduur machtiging; kan inleidend verzoek alsnog worden afgewezen? Verzoek contra-expertise (art. 810a Rv).
HR 09-07-2021, ECLI:NL:HR:2021:1112
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
9 juli 2021
- Magistraten
Mrs. T.H. Tanja-van den Broek, A.E.B. ter Heide, S.J. Schaafsma
- Zaaknummer
20/02868
- Conclusie
A-G mr. M.L.C.C. Lückers
- Noot
Red. Aant.
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS287148:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Bewijs
Personen- en familierecht / Kinderbescherming
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:1112, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 09‑07‑2021
ECLI:NL:PHR:2021:267, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 12‑03‑2021
Beroepschrift, Hoge Raad, 16‑09‑2020
- Wetingang
Art. 1:265b BW; art. 810a Rv
Essentie
Jeugdrecht. Uithuisplaatsing; rechtmatigheid verlenging machtiging uithuisplaatsing in hoger beroep na verstrijken geldigheidsduur machtiging; kan inleidend verzoek alsnog worden afgewezen? Verzoek contra-expertise (art. 810a Rv).
Samenvatting
Indien de periode waarvoor een machtiging (tot uithuisplaatsing of ondertoezichtstelling) is gegeven ten tijde van de uitspraak in hoger beroep is verstreken, dient het hof aan de hand van de aangevoerde grieven te beoordelen of de bestreden beslissing terecht is gegeven. Die beoordeling kan ertoe leiden dat de uitspraak waarvan beroep wordt vernietigd en het inleidende verzoek alsnog wordt afgewezen. De omstandigheid dat de uitvoering van de in eerste aanleg gegeven ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.