Einde inhoudsopgave
Wet inkomstenbelasting 2001
Artikel 3.93 Bijzondere bepalingen begrip werkzaamheden
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2023
- Bronpublicatie:
21-12-2022, Stb. 2022, 532 (uitgifte: 27-12-2022, kamerstukken: 36202)
- Inwerkingtreding
01-01-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
07-11-2022, Stb. 2022, 445 (uitgifte: 11-11-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Afhankelijke geldigheid
Treedt tegelijk in werking met art. I van de Wet verbetering uitvoerbaarheid toeslagen (16-12-2020, Stb. 543).
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting / Resultaat uit overige werkzaamheden
1
Voor de toepassing van de artikelen 3.91, 3.92 en 3.92b:
- a.
geldt een persoon niet als aanverwant indien het partnerschap waardoor de verwantschap is ontstaan, anders dan door overlijden is geëindigd;
- b.
wordt niet als het rendabel maken van vermogensbestanddelen aangemerkt het ter beschikking stellen van een werkruimte, de inrichting daaronder begrepen, in een woning die de belastingplichtige ter beschikking staat, indien de persoon aan wie of het lichaam waaraan ter beschikking wordt gesteld ter zake van die terbeschikkingstelling niet een vergoeding ten laste van de winst of het resultaat uit overige werkzaamheden kan brengen.
2.
Werkzaamheden van dezelfde aard worden aangemerkt als een werkzaamheid.
3.
Voor de toepassing van dit artikel wordt onder woning mede verstaan: een duurzaam aan een plaats gebonden schip of woonwagen als bedoeld in artikel 1, onder l, van de Wet op de huurtoeslag, alsmede de aanhorigheden van een woning, schip of woonwagen.