Einde inhoudsopgave
Richtlijn (EU) 2015/2366 betalingsdiensten in de interne markt
Artikel 19 Dienstverlening via agenten, bijkantoren of entiteiten waaraan werkzaamheden worden uitbesteed
Geldend
Geldend vanaf 16-01-2023
- Bronpublicatie:
14-12-2022, PbEU 2022, L 333 (uitgifte: 27-12-2022, regelingnummer: 2022/2556)
- Inwerkingtreding
16-01-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-12-2022, PbEU 2022, L 333 (uitgifte: 27-12-2022, regelingnummer: 2022/2556)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
EU-recht / Marktintegratie
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
Een betalingsinstelling die voornemens is via een agent betalingsdiensten aan te bieden, verstrekt de bevoegde autoriteiten in haar lidstaat van herkomst de volgende gegevens:
- a)
naam en adres van de agent;
- b)
een beschrijving van de internecontrolemechanismen die de agent zal toepassen met het oog op de naleving van de in Richtlijn (EU) 2015/849 betreffende het witwassen van geld en de financiering van terrorisme neergelegde verplichtingen; die beschrijving wordt bij elke materiële wijziging van de bij de eerste kennisgeving meegedeelde gegevens onverwijld bijgewerkt;
- c)
de identiteit van de bestuurders en de managers van de voor het aanbieden van betalingsdiensten ingeschakelde agent, en, voor agenten die geen betalingsdienstaanbieder zijn, het bewijs dat de betrokkenen betrouwbaar en deskundig zijn;
- d)
de betalingsdiensten waartoe de agent door de betalingsinstelling wordt gemachtigd, en
- e)
indien van toepassing, de unieke identificatiecode of het unieke identificatienummer van de agent.
2.
Binnen twee maanden na ontvangst van de in lid 1 bedoelde gegevens, deelt de bevoegde autoriteit van de lidstaat van herkomst de betalingsinstelling mee of de agent is ingeschreven in het bij artikel 14 ingestelde register. Zodra de inschrijving in het register is voltooid, kan de agent betalingsdiensten beginnen aan te bieden.
3.
Indien de bevoegde autoriteiten, voordat zij de agent in het register inschrijven, van oordeel zijn dat de hun verstrekte gegevens onjuist zijn, nemen zij verdere maatregelen om de gegevens te verifiëren.
4.
Indien de bevoegde autoriteiten na het verifiëren van de gegevens niet overtuigd zijn van de juistheid van de uit hoofde van lid 1 verstrekte gegevens, schrijven zij de agent niet in het bij artikel 14 voorgeschreven register in en brengen zij de betalingsinstelling daarvan onverwijld op de hoogte.
5.
Een betalingsinstelling die in een andere lidstaat betalingsdiensten wenst aan te bieden door een agent in te schakelen of een bijkantoor op te zetten, volgt de procedures van artikel 28.
6.
Wanneer een betalingsinstelling voornemens is operationele taken in het kader van de betalingsdienstverlening uit te besteden, stelt zij de bevoegde autoriteiten van haar lidstaat van herkomst daarvan in kennis.
Bij het uitbesteden van belangrijke operationele taken, waaronder ICT-systemen, mag niet wezenlijk afbreuk worden gedaan aan de kwaliteit van de interne controle van de betalingsinstelling, noch aan het vermogen van de bevoegde autoriteiten om te controleren en na te gaan of de betalingsinstelling alle in deze richtlijn neergelegde verplichtingen nakomt.
Voor de toepassing van de tweede alinea wordt een operationele taak als belangrijk aangemerkt indien het gebrekkig of niet uitvoeren ervan de betalingsinstelling wezenlijk zou hinderen bij de continue naleving van de voorschriften die aan de door haar uit hoofde van deze titel aangevraagde vergunning verbonden zijn, of van de andere verplichtingen waaraan zij uit hoofde van deze richtlijn is onderworpen, of indien hierdoor wezenlijk afbreuk zou worden gedaan aan haar financiële resultaten of aan de soliditeit of continuïteit van de betalingsdienstverlening. De lidstaten zorgen ervoor dat de betalingsinstellingen bij het uitbesteden van belangrijke operationele taken voldoen aan de volgende voorwaarden:
- a)
de uitbesteding leidt er niet toe dat de directie haar verantwoordelijkheid delegeert;
- b)
de relatie van de betalingsinstelling met haar cliënten en de verplichtingen die zij uit hoofde van deze richtlijn jegens hen heeft, blijven onveranderd;
- c)
er wordt geen afbreuk gedaan aan de voorwaarden waaraan de betalingsinstelling moet voldoen om overeenkomstig deze titel een vergunning te verkrijgen en deze te behouden;
- d)
geen van de andere voorwaarden waaronder de vergunning aan de betalingsinstelling is verleend, wordt tenietgedaan of gewijzigd.
7.
Betalingsinstellingen zorgen ervoor dat agenten of bijkantoren die voor hun rekening handelen, de betalingsdienstgebruikers daarvan in kennis stellen.
8.
De betalingsinstellingen delen de bevoegde autoriteiten van hun lidstaat van herkomst onverwijld elke wijziging mee met betrekking tot het inschakelen van entiteiten waaraan werkzaamheden worden uitbesteed en, in overeenstemming met de procedure van de leden 2, 3 en 4, van agenten, waaronder extra agenten.