Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) nr. 575/2013 betreffende prudentiële vereisten voor kredietinstellingen en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012
Artikel 418 Waardering van liquide activa
Geldend
Geldend vanaf 28-06-2013
- Bronpublicatie:
26-06-2013, PbEU 2013, L 176 (uitgifte: 27-06-2013, regelingnummer: 575/2013)
- Inwerkingtreding
28-06-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
26-06-2013, PbEU 2013, L 176 (uitgifte: 27-06-2013, regelingnummer: 575/2013)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
De te rapporteren waarde van een liquide activum is de marktwaarde, met inachtneming van passende reductiefactoren die ten minste rekening houden met de duration, het krediet- en liquiditeitsrisico en typische retrocessiereductiefactoren in perioden van algemene marktstress. De reductiefactoren bedragen niet minder dan 15 % voor de activa als bedoeld in artikel 416, lid 1, punt d). Indien de instelling het aan een activum verbonden prijsrisico afdekt, houdt zij rekening met de kasstroom die resulteert uit de potentiële beëindiging van de afdekking.
2.
Ten aanzien van aandelen of rechten van deelneming in icb's als bedoeld in artikel 416, lid 6, gelden reductiefactoren, waarbij voor de onderliggende activa de volgende doorkijkbenadering geldt:
- a)
0 % voor de activa als bedoeld in artikel 416, lid 1, punt a);
- b)
5 % voor de activa als bedoeld in artikel 416, lid 1, punten b) en c);
- c)
20 % voor de activa ald bedoeld in artikel 416, lid 1, punt d).
3.
De in lid 2 bedoelde doorkijkbenadering wordt als volgt toegepast:
- a)
indien de instelling op de hoogte is van de onderliggende blootstellingen van een icb, kan zij zich op deze onderliggende blootstellingen baseren om ze toe te wijzen aan artikel 416, lid 1, punten a) tot en met d);
- b)
indien de instelling niet op de hoogte is van de onderliggende blootstellingen van een icb, wordt aangenomen dat de icb, binnen volgens haar mandaat toegestane limieten, in dalende volgorde maximaal belegt in de in artikel 416, lid 1, punten a) tot en met d), bedoelde soorten activa totdat de totale beleggingslimiet is bereikt.
4.
De instellingen ontwikkelen degelijke methoden en processen om de marktwaarde en reductiefactoren voor aandelen of rechten van deelneming in icb's te berekenen en te rapporteren. Alleen indien zij ten genoegen van de bevoegde autoriteit kunnen aantonen dat de blootstelling niet zo wezenlijk is dat zij het ontwikkelen van hun eigen methoden rechtvaardigt, kunnen de instellingen een beroep doen op de volgende derden om de reductiefactoren voor aandelen of rechten van deelneming in icb's te berekenen en te rapporteren overeenkomstig de in lid 3, punten a) en b), beschreven methoden:
- a)
de effectenbewaarinstelling van de icb, mits de icb uitsluitend in effecten belegt en alle effecten bij deze instelling in bewaring geeft;
- b)
voor andere icb's, de icb-beheermaatschappij, op voorwaarde dat de icb-beheermaatschappij voldoet aan de in lid 132, lid 3, punt a), beschreven criteria.
De deugdelijkheid van de berekeningen van de effectenbewaarinstelling of de beheermaatschappij van de icb wordt door een extern accountant bevestigd.