RvdW 2017/643
Ten onrechte aan de verdachte het laatste woord ontnomen.
HR 30-05-2017, ECLI:NL:HR:2017:972
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
30 mei 2017
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, H.A.G. Splinter-van Kan, V. van den Brink
- Zaaknummer
15/04393
- Conclusie
A-G mr. T.N.B.M. Spronken
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:972, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 30‑05‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:378, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 04‑04‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 23‑05‑2016
- Wetingang
Essentie
Ten onrechte aan de verdachte het laatste woord ontnomen.
Bij het laatste woord van de verdachte (of zijn gemachtigd raadsman) mag de rechter deze er in voorkomende gevallen op wijzen dat ter vermijding van herhalingen bespreking van aspecten die reeds bij de behandeling van de zaak aan de orde zijn geweest, achterwege moet blijven. I.c. is de verdachte het woord ontnomen omdat er geen nieuwe aspecten naar voren waren gekomen. Daarbij is het hof kennelijk uitgegaan van de vooronderstelling dat hetgeen de verdachte verder wilde aanvoeren slechts nodeloze herhalingen zou bevatten van aspecten die reeds aan de orde waren ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.