NJ 1999, 282:Antilliaanse zaak / vereiste ingezetenschap voor uitoefening actief kiesrecht niet in strijd met mensenrechtenverdragen

NJ 1999, 282

Antilliaanse zaak / vereiste ingezetenschap voor uitoefening actief kiesrecht niet in strijd met mensenrechtenverdragen

Documentgegevens:

Gem. Hof NA en Aruba 27-10-1998, ECLI:NL:OGHNAA:1998:AD2953

Instantie: Gemeenschappelijk Hof van de Nederlandse Antillen en Aruba
Datum: 27 oktober 1998
Magistraten: Mijnssen, Mezas, J. de Boer
Zaaknummer: H-263/98
LJN: AD2953
Vakgebied(en): Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Internationaal belastingrecht / Discriminatieverbod
Europees belastingrecht / Discriminatie
Brondocumenten: ECLI:NL:OGHNAA:1998:AD2953, Uitspraak, Gemeenschappelijk Hof van de Nederlandse Antillen en Aruba, 27‑10‑1998
Wetingang: Str (Ned. Antillen) art. 7 lid 1; IVBP art. 25; EVRM art. 14; EVRM 1e Protocol art. 3; Statuut art. 46

Essentie

Antilliaanse zaak. Vereiste van ingezetenschap voor uitoefening actief kiesrecht niet in strijd met mensenrechtenverdragen.

Partij(en)

A.K. Brown e.a., in Nederland, op Curaçao, Bonaire, Aruba, Sint Maarten, oorspronkelijk eisers, thans appellanten, gemachtigde mr. M. Bijkerk,

tegen

De openbare rechtspersoon De Nederlandse Antillen, op Curaçao, oorspronkelijk gedaagde, thans geïntimeerde, gemachtigde mr. N.O. Rouse.

Uitspraak

4.2

Van de Staatsregeling van de Nederlandse Antillen, in het Eerste Hoofdstuk (De Nederlandse Antillen en hun bewoners), luidt artikel 7 lid 1:

‘Iedere Nederlander is zonder onderscheid van burgerschap verkiesbaar en benoembaar tot elke openbare bediening en is gerechtigd tot het kiesrecht, overeenkomstig ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.