Einde inhoudsopgave
Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Kroatië tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen en naar het vermogen
Artikel 3 Algemene begripsbepalingen
Geldend
Geldend vanaf 06-04-2001
- Bronpublicatie:
23-05-2000, Trb. 2000, 64 (uitgifte: 05-07-2000, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
06-04-2001
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
06-04-2001, Trb. 2001, 64 (uitgifte: 01-01-2001, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Verdragenrecht
Internationaal belastingrecht (V)
Internationaal belastingrecht / Voorkoming van dubbele belasting
Internationaal belastingrecht / Belastingverdragen
1.
Voor de toepassing van dit Verdrag, tenzij de context anders vereist:
- a.
betekent de uitdrukking ‘een Verdragsluitende Staat’ de Republiek Kroatië (Kroatië) of het Koninkrijk der Nederlanden (Nederland), al naar de context vereist; betekent de uitdrukking ‘Verdragsluitende Staten’ de Republiek Kroatië (Kroatië) en het Koninkrijk der Nederlanden (Nederland);
- b.
betekent de uitdrukking ‘Kroatië’ het grondgebied van de Republiek Kroatië alsmede haar zeegebieden buiten de territoriale zee, met inbegrip van de zeebodem en de ondergrond daarvan, waarover de Republiek Kroatië in overeenstemming met het internationale recht en het recht van de Republiek Kroatië haar soevereine rechten uitoefent en rechtsbevoegdheid heeft;
- c.
betekent de uitdrukking ‘Nederland’ het deel van het Koninkrijk der Nederlanden dat in Europa is gelegen, met inbegrip van zijn territoriale zee en elk gebied buiten de territoriale zee waarbinnen Nederland, in overeenstemming met het internationale recht, rechtsbevoegdheid heeft of soevereine rechten uitoefent met betrekking tot de zeebodem, de ondergrond daarvan en de daarboven gelegen wateren, en hun natuurlijke rijkdommen;
- d.
omvat de uitdrukking ‘persoon’ een natuurlijke persoon, een lichaam en elke andere vereniging van personen;
- e.
betekent de uitdrukking ‘lichaam’ elke rechtspersoon of elke eenheid die voor de belastingheffing als een rechtspersoon wordt behandeld;
- f.
betekenen de uitdrukkingen ‘onderneming van een Verdragsluitende Staat’ en ‘onderneming van de andere Verdragsluitende Staat’ onderscheidenlijk een onderneming uitgeoefend door een inwoner van een Verdragsluitende Staat en een onderneming uitgeoefend door een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat;
- g.
betekent de uitdrukking ‘internationaal verkeer’ alle vervoer met een schip, een boot die dient voor het vervoer in de binnenwateren of luchtvaartuig, geëxploiteerd door een onderneming waarvan de plaats van de werkelijke leiding in een Verdragsluitende Staat is gelegen, behalve wanneer het schip, de boot of het luchtvaartuig uitsluitend wordt geëxploiteerd tussen plaatsen die in de andere Verdragsluitende Staat zijn gelegen;
- h.
betekent de uitdrukking ‘onderdaan’:
- i.
iedere natuurlijke persoon die de nationaliteit van een Verdragsluitende Staat bezit;
- ii.
iedere rechtspersoon, vennootschap of vereniging die zijn/haar rechtspositie als zodanig ontleent aan de wetgeving die in een Verdragsluitende Staat van kracht is;
- i.
betekent de uitdrukking ‘bevoegde autoriteit’:
- i.
in Kroatië de Minister van Financiën of zijn bevoegde vertegenwoordiger;
- ii.
in Nederland de Minister van Financiën of zijn bevoegde vertegenwoordiger.
2.
Voor de toepassing van het Verdrag op enig moment door een Verdragsluitende Staat heeft, tenzij de context anders vereist, elke daarin niet omschreven uitdrukking de betekenis welke die uitdrukking op dat moment heeft volgens de wetgeving van die Staat met betrekking tot de belastingen waarop het Verdrag van toepassing is, waarbij elke betekenis volgens de toepasselijke belastingwetgeving van die Staat prevaleert boven een betekenis die volgens andere wetgeving van die Staat aan die uitdrukking wordt gegeven.