JWB 2016/232
Huurrecht
HR 17-06-2016, ECLI:NL:HR:2016:1229
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
17 juni 2016
- Zaaknummer
15/01676
- Vakgebied(en)
Juridische beroepen / Rechter
Staatsrecht / Rechtspraak
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:1229, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 17‑06‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:244, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑04‑2016
- Wetingang
Art. 81 lid 1 RO, 6:104 BW
Essentie
Huurrecht
Samenvatting
Casus
Eiser huurde een sociale huurwoning van Ymere. Ymere stelt dat eiser in strijd met de huurovereenkomst de huurwoning heeft gebruikt als huisartsenpraktijk. Ymere vordert winstafdracht bestaande uit het verschil tussen de huurprijs voor een kantoorruimte en de werkelijk door eiser betaalde huur.
Rechtsvraag
Moet bij de bepaling van de hoogte van de schade in de zin van artikel 6:104 BW uitgegaan worden van het daadwerkelijk genoten financieel voordeel of kan ook uitgegaan worden van fictief voordeel?
Beslissing
De Hoge Raad oordeelt dat de klachten niet tot cassatie kunnen leiden. Er is geen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.