Protocol tot aanvulling en wijziging van het Benelux-Verdrag inzake uitlevering en rechtshulp in strafzaken
Aanhef
Geldend
Geldend vanaf 01-03-1982
- Bronpublicatie:
11-05-1974, Trb. 1974, 161 (uitgifte: 19-08-1974, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-03-1982
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
28-01-1982, Trb. 1982, 9 (uitgifte: 01-01-1982, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal strafrecht / Uitlevering en overlevering
Internationaal publiekrecht / Verdragenrecht
Strafprocesrecht / Algemeen
Protocol van 11 mei 1974
Zijne Majesteit de Koning der Belgen,
Zijne Koninklijke Hoogheid de Groothertog van Luxemburg,
Hare Majesteit de Koningin der Nederlanden,
Gelet op het Verdrag aangaande de uitlevering en de rechtshulp in strafzaken tussen het Koninkrijk België, het Groothertogdom Luxemburg en het Koninkrijk der Nederlanden, ondertekend te Brussel op 27 juni 1962, hierna genoemd ‘het Verdrag’,
Overwegende, dat het in het licht van de opgedane ervaring wenselijk is gebleken, het stelsel van rechtshulp te verbeteren door de bepalingen van dat Verdrag omtrent het tijdelijk overbrengen van gedetineerden aan te vullen,
Gelet op het door de Raadgevende Interparlementaire Beneluxraad op 30 november 1973 uitgebrachte advies,
Hebben tot dat doel besloten een Protocol te sluiten en hebben daartoe als Gevolmachtigden aangewezen:
Zijne Majesteit de Koning der Belgen:
Zijne Excellentie de Heer H. VANDERPOORTEN,
Minister van Justitie;
Zijne Koninklijke Hoogheid de Groothertog van Luxemburg:
Zijne Excellentie de Heer Eug. SCHAUS,
Vice-Minister-President, Minister van Justitie;
Hare Majesteit de Koningin der Nederlanden:
Zijne Excellentie de Heer A. A. M. VAN AGT,
Vice-Minister-President, Minister van Justitie;
Die, na elkander hun in goede en behoorlijke vorm bevonden volmachten te hebben overgelegd, zijn overeengekomen als volgt:
Verdragpartijgroep