FED 2023/48
Gebruik onjuist eedsformulier bij beëdiging raadsheren geen grond voor vernietiging uitspraken.
HR 21-10-2022, ECLI:NL:HR:2022:1509, m.nt. dr. mr. C. Maas
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
21 oktober 2022
- Magistraten
Mrs. Van Hilten, Feteris, Faase, Van Eijsden, Van der Voort Maarschalk
- Zaaknummer
22/03034
- Noot
dr. mr. C. Maas
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS693120:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal procesrecht / Algemeen
Fiscaal bestuursrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:1509, Uitspraak, Hoge Raad, 21‑10‑2022
ECLI:NL:PHR:2022:820, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑09‑2022
- Wetingang
Art. 5g lid 1 Wrra; art. 2h lid 1 letters a en b Brra
Essentie
Gebruik onjuist eedsformulier bij beëdiging raadsheren geen grond voor vernietiging uitspraken.
Samenvatting
Zestien raadsheren en veertien raadsheren-plaatsvervanger in het gerechtshof ’s-Hertogenbosch zijn ten onrechte beëdigd met gebruikmaking van het eedsformulier voor rijksambtenaren. De procureur-generaal bij de Hoge Raad heeft beroep in cassatie in het belang der wet ingesteld tegen twee uitspraken die ieder mede waren gedaan door één van de betrokken raadsheren-plaatsvervanger. Het betreft een strafzaak en een belastingzaak. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie in de belastingzaak ongegrond onder verwijzing naar zijn arrest in de strafzaak. Uit dat arrest blijkt het volgende. Beëdiging van een rechter ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.