Einde inhoudsopgave
Besluit Tijdelijke wet Groningen
Artikel 1
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
09-06-2023, Stb. 2023, 208 (uitgifte: 19-06-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-03-2023, Stb. 2023, 89 (uitgifte: 22-03-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Afhankelijke geldigheid
Treedt tegelijk in werking met de Omgevingswet (23-03-2016, Stb. 156).
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Mijnbouw
Ambtenarenrecht / Bijzondere onderwerpen
Milieurecht / Bodem
Volkshuisvesting en wonen / Eigenwoningbezit
Bestuursrecht algemeen / Besluit (algemeen)
Verbintenissenrecht / Schadevergoeding
In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
aanvraag om schadevergoeding: aanvraag om vergoeding van schade als bedoeld in artikel 11, eerste lid, van de wet;
coördinator: coördinator als bedoeld in artikel 10l;
NPR: door de Stichting Nederlands Normalisatie-instituut uitgegeven Nederlandse Praktijkrichtlijn;
programma: programma van aanpak als bedoeld in artikel 13g, eerste lid, van de wet;
rijksambtenaren: degenen die krachtens een arbeidsovereenkomst met de Staat werkzaam zijn;
samenloop: situatie waarin een gebouw in een programma is opgenomen en de eigenaar van dat gebouw een aanvraag om schadevergoeding heeft ingediend waarop nog niet is beslist;
tegemoetkoming: tegemoetkoming als bedoeld in artikel 1b;
typologie: bij ministeriële regeling vastgestelde verzameling gebouwen met dusdanig vergelijkbare constructieve kenmerken dat hun gedrag bij en weerstand tegen aardbevingen zich op een vergelijkbare wijze laat beschrijven;
versterkingsmaatregelen: maatregelen als bedoeld in artikel 13j, eerste lid, onderdeel a, van de wet;
waardedaling: waardedaling van een woning als gevolg van het risico op beweging van de bodem als gevolg van de aanleg of exploitatie van een mijnbouwwerk ten behoeve van het winnen van gas uit het Groningenveld of als gevolg van de gasopslag Norg;
- –