V-N 2017/50.15
Volgens A-G had hof de juridische stelling over gelijkstelling eigenbouwer met aannemer moeten behandelen
HR (A-G) 12-07-2017, ECLI:NL:PHR:2017:724, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad (Advocaat-Generaal)
- Datum
12 juli 2017
- Zaaknummer
16/02793
- Conclusie
A-G Ettema
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS927431:1
- Vakgebied(en)
Omzetbelasting / Aftrek en teruggaaf
Omzetbelasting / Belastingplichtige en -schuldige
Fiscaal bestuursrecht / Algemene rechtsbeginselen en abbb
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:510, Uitspraak, Hoge Raad, 06‑04‑2018
ECLI:NL:PHR:2017:724, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 12‑07‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 12‑07‑2017
- Wetingang
Essentie
Advocaat-generaal Ettema concludeert dat het hof ten onrechte is voorbijgegaan aan de juridische stelling van X bv over de gelijkstelling van de eigenbouwer met de aannemer. Dit is een pleitbaar standpunt, en het had tot een andere afloop kunnen leiden.
Samenvatting
[X2] is medio 2000 een onderneming gestart in de vorm van een eenmanszaak. De activiteiten van de onderneming bestaan uit werkzaamheden in de bouw. Vanaf eind 2002 is [X2] zich gaan bezighouden met het aannemen van werken, bestaande uit het splitsen en renoveren van panden in [Q]. De eenmanszaak is met ingang 1 januari 2005 ingebracht in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.