Einde inhoudsopgave
Dienstenwet
Artikel 31 [Termijn afgifte beschikking]
Geldend
Geldend vanaf 28-12-2009
- Bronpublicatie:
12-11-2009, Stb. 2009, 503 (uitgifte: 04-12-2009, kamerstukken: 31579)
- Inwerkingtreding
28-12-2009
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
26-11-2009, Stb. 2009, 505 (uitgifte: 04-12-2009, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Justitie
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht / Economische ordening
1.
Indien bij wettelijk voorschrift geen termijn is bepaald binnen welke een beschikking op een aanvraag om de desbetreffende vergunning dient te worden gegeven, wordt de beschikking zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen acht weken na ontvangst van de aanvraag gegeven.
2.
Artikel 4:14, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht vindt alleen toepassing indien een beslissing op een aanvraag om een vergunning vanwege de ingewikkeldheid van het onderwerp niet kan worden gegeven binnen de in het eerste lid bedoelde termijn. De termijn kan eenmaal worden verlengd.
3.
De in artikel 4:14, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht bedoelde kennisgeving wordt bij toepassing van het tweede lid gedaan binnen de desbetreffende termijn, is met redenen omkleed, en geeft een zo kort mogelijke termijn waarbinnen de beslissing wel tegemoet kan worden gezien.
4.
Indien afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht op een aanvraag van toepassing is, kan een bevoegde instantie de termijn voor het geven van de beschikking, in afwijking van artikel 3:18, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht ten hoogste eenmaal voor beperkte duur verlengen. De verlenging en de duur daarvan wordt, met inachtneming van de in artikel 3:18, tweede lid, bedoelde termijn van acht weken, gemotiveerd aan de aanvrager medegedeeld.