Einde inhoudsopgave
Ambtsinstructie voor de politie, de Koninklijke marechaussee en andere opsporingsambtenaren
Artikel 6 [Inzetten ME of marechaussee]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
04-12-2023, Stb. 2023, 442 (uitgifte: 05-12-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-12-2023, Stb. 2023, 442 (uitgifte: 05-12-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Bijzondere onderwerpen
Politierecht / Bevoegdheden
1.
De korpschef of de daartoe door hem aangewezen ambtenaar van politie zet een mobiele eenheid als bedoeld in artikel 26 van het Besluit beheer politie of een aanhoudings- en ondersteuningsteam als bedoeld in artikel 12, onder a, van het Besluit beheer politie slechts in na toestemming van het bevoegd gezag.
2.
De door het bevoegd gezag aangewezen ambtenaar zet de Koninklijke marechaussee of andere onderdelen van de krijgsmacht, bedoeld in de artikelen 57, 58 en 62 van de Politiewet 2012 slechts in na toestemming van het bevoegd gezag.