NJB 2019/214
Bewezenverklaring dat verdachte in een periode van 10 weken ongeveer 130 hennepplanten heeft gekweekt: die bewezenverklaring is onbegrijpelijk mede in aanmerking genomen dat de bewijsmiddelen onder meer inhouden dat op 5 februari 2015 op de als kweekruimte gebruikte zolder henneptoppen te drogen hingen en dat deze kweekruimte plaats bood aan 150 hennepplanten. A-G: anders
HR 15-01-2019, ECLI:NL:HR:2019:48
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
15 januari 2019
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, A.J.A. van Dorst en A.E.M. Röttgering
- Zaaknummer
17/04599
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Opiumwet
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:48, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 15‑01‑2019
ECLI:NL:PHR:2018:1300, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑11‑2018
Essentie
Bewezenverklaring dat verdachte in een periode van 10 weken ongeveer 130 hennepplanten heeft gekweekt: die bewezenverklaring is onbegrijpelijk mede in aanmerking genomen dat de bewijsmiddelen onder meer inhouden dat op 5 februari 2015 op de als kweekruimte gebruikte zolder henneptoppen te drogen hingen en dat deze kweekruimte plaats bood aan 150 hennepplanten. A-G: anders
Uitspraak
Inleiding:
Verdachte is veroordeeld omdat hij – kort gezegd – ‘in de periode van 27 november 2014 tot en met 5 februari 2015 te [plaats], opzettelijk heeft geteeld in een pand aan de [A-straat] ongeveer 130 hennepplanten, zijnde hennep een middel vermeld op de bij ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.