Einde inhoudsopgave
Mediawet 2008
Artikel 9.14 [Overgangsrecht overdrachtsbelasting]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2014
- Redactionele toelichting
Dit artikel is opnieuw ingevoegd. Art. 9.14 (oud) vervallen. Deze wijziging is voor het eerst van toepassing op de organisatie van de landelijke publieke mediadienst, de erkenningverlening, de vaststelling van uren programma-aanbod en de bekostiging voor de erkenningperiode die loopt van 01-01-2016 t/m 31-12-2020.
- Bronpublicatie:
06-11-2013, Stb. 2013, 454 (uitgifte: 15-11-2013, kamerstukken: 33541)
- Inwerkingtreding
01-01-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-11-2013, Stb. 2013, 472 (uitgifte: 29-11-2013, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Informatierecht / Media
Informatierecht / Reclame
1.
Van overdrachtsbelasting zijn vrijgesteld verkrijgingen van onroerende zaken en de rechten waaraan deze zijn onderworpen, bij vorming van een omroeporganisatie als bedoeld in artikel 9.7, aanhef en onderdelen b en c.
2.
Het eerste lid is alleen van toepassing als de onroerende zaken en de rechten waaraan deze zijn onderworpen uiterlijk 1 juli 2015 worden verkregen vanwege fusie tot een omroepvereniging of oprichting van een samenwerkingsomroep.
3.
Als onroerende zaken en de rechten waaraan deze zijn onderworpen, die zijn verkregen onder toepassing van het eerste en tweede lid, als gevolg van het niet finaal tot stand komen van een omroeporganisatie worden verkregen door de inbrenger, is die verkrijging vrijgesteld van overdrachtsbelasting.