Rb. Den Haag, 19-02-2020, nr. C/09/587860 / FA RK 20-499
ECLI:NL:RBDHA:2020:1348
- Instantie
Rechtbank Den Haag
- Datum
19-02-2020
- Zaaknummer
C/09/587860 / FA RK 20-499
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:RBDHA:2020:1348, Uitspraak, Rechtbank Den Haag, 19‑02‑2020; (Eerste aanleg - enkelvoudig)
Uitspraak 19‑02‑2020
Inhoudsindicatie
machtiging tot verlenen verplichte zorg aanvullend verzoek officier van justitie voor aanvullende zorg
Partij(en)
RECHTBANK DEN HAAG
Team Jeugd- en Zorgrecht
Zaak-/rekestnr.: C/09/587860 / FA RK 20-499
Datum beschikking: 11 februari 2020
Machtiging tot het verlenen van verplichte zorg
Beschikking naar aanleiding van het op 03 februari 2020 door de officier van justitie ingediende verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:
[de man 1]
hierna te noemen: betrokkene,
geboren op [geboortedag] 1975 te [geboorteplaats]
wonende en verblijvende in de accommodatie [verblijfplaats]
advocaat: mr. Y. Polko te 's-Gravenhage.
ProcesverloopHet procesverloop blijkt uit het verzoekschrift, ingekomen ter griffie op 03 februari 2020.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
- een op 27 januari 2020 ondertekende medische verklaring van [psychiater 1] , die betrokkene heeft onderzocht maar niet bij zijn behandeling betrokken was;
- een zorgplan met bijlagen;
- een beoordeling van de geneesheer-directeur op het zorgplan;
- een uittreksel uit de justitiële documentatie;
- een afschrift van de politiemutaties.
- een aanvulling op het verzoekschrift met als onderwerp: Toevoegen vorm verplichte zorg, ingekomen ter griffie op 12 februari 2020.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 11 februari 2020.
Ter zitting zijn de volgende personen door de rechtbank gehoord:
- betrokkene, bijgestaan door zijn advocaat;
- de [psychiater 2] ;
- de verpleegkundig specialist Keetman.
Omdat een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig is, is de officier van justitie niet ter zitting verschenen.
De rechtbank heeft vastgesteld dat betrokkene, na enige minuten met de rechtbank in gesprek te zijn geweest, niet bereid was zich verder te doen horen. Hij wenste de aanwezigen een prettige zitting en heeft, terwijl de rechter hem meedeelde de zitting buiten zijn aanwezigheid en in het bijzijn van zijn advocaat voort te zetten, de zittingsruimte verlaten. Daarbij wenste hij allen opnieuw een prettige zitting.
Standpunten ter zitting
De psychiater heeft aangegeven dat de betrokkene last heeft psychotische stoornissen zoals schizofrenie en schizo-affectieve stoornissen. Hij denkt dat hij via gedachten lijnen kan leggen met anderen, hij stalkt die mensen, ook per mails, en kan daarin bedreigend zijn. Ook geeft hij gehoor aan de stemmen in zijn hoofd en hij blijft te vaak een of meer nachten weg. Hij neemt dan zijn medicatie niet, of niet op tijd, in waardoor hij ontregeld raakt. Daarop volgt snel een decompensatie en dan houdt betrokkene, die erg aan zijn autonomie hecht, alle noodzakelijke zorg en hulp af, zeker als deze hem om hem weer gestabiliseerd te krijgen wordt opgedrongen. Het is bekend van betrokkene dat hij opknapt na ECT behandelingen en de mogelijkheid die vorm van zorg te verlenen moet, aldus de psychiater, gelet hierop ook in het zorgplan en de machtiging worden opgenomen, ook al ziet de geneesheer-directeur daarvoor momenteel geen indicatie.
De advocaat heeft aangegeven dat de betrokkene geen zorgmachtiging wil.
Beoordeling
Uit de overgelegde stukken en het behandelde ter zitting is gebleken dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, te weten een stoornis in het schizofreniespectrum en andere psychotische stoornissen.
Deze stoornis leidt tot ernstig nadeel, gelegen in:
- ernstig lichamelijk letsel;
- ernstige immateriële schade;
- ernstige verwaarlozing of maatschappelijke teloorgang;
- de situatie dat betrokkene met hinderlijk gedrag agressie van anderen oproept.
Om het ernstig nadeel af te wenden, en de geestelijke gezondheid van betrokkene te stabiliseren, heeft betrokkene zorg nodig.
Gebleken is dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn. Om die reden is verplichte zorg nodig. De in het verzoekschrift genoemde vormen van zorg zijn gebaseerd op het zorgplan en het voorstel van de geneesheer-directeur en bestaan uit:
- toedienen van medicatie;
- verrichten medische controles;
- beperken van de bewegingsvrijheid;
- insluiten;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg
hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van
communicatiemiddelen;
- opnemen in een accommodatie.
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben.
Nu de psychiater ter zitting heeft aangegeven dat bij de behandeling van betrokkene in voorkomende gevallen ook een ECT-behandeling moet kunnen worden toegepast om betrokkene weer gestabiliseerd te kunnen krijgen, is door rechter ter zitting telefonisch contact opgenomen met de officier van justitie. Deze heeft, na ook de toelichting van de psychiater te hebben gehoord, desgevraagd aangegeven het verzoek mondeling aan te vullen met de mogelijkheid om ook deze vorm van verplichte zorg te verlenen en deze aanvulling schriftelijk te zullen bevestigen.
De in het zorgplan genoemde zorg zal naar het oordeel van de rechtbank, gelet op de toelichting ter zitting van de psychiater, het ernstig nadeel niet afdoende kunnen wegnemen. Om die reden zal de rechtbank ook een andere vorm van verplichte zorg in de zorgmachtiging opnemen, te weten andere medische handelingen en therapeutische maatregelen en ook bepalen dat het zorgplan dienovereenkomstig dient te worden gewijzigd.
De aldus voorgestelde verplichte zorg is evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken en hetgeen er zitting naar voren is gekomen blijkt dat bij het bepalen van de juiste zorg rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
Gelet op het voorgaande is voldaan aan de criteria voor en doelen van verplichte zorg als bedoeld in de Wvggz. De zorgmachtiging zal worden verleend voor de (verzochte) duur van zes maanden.
Beslissing
De rechtbank:
verleent een zorgmachtiging ten aanzien van:
[de man 1]
geboren op [geboortedag] 1975 te [geboorteplaats]
inhoudende dat bij wijze van verplichte zorg de volgende maatregelen kunnen worden getroffen:
- toedienen van medicatie;
- verrichten medische controles;
- andere medische handelingen en therapeutische maatregelen;
- beperken van de bewegingsvrijheid;
- insluiten;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg
hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van
communicatiemiddelen;
- opnemen in een accommodatie.
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met uiterlijk 11 augustus 2020.
Deze beschikking is gegeven door mr. M.L. Sandberg-Crommelin, rechter, bijgestaan door A.U. Hatuina als griffier, en uitgesproken ter openbare zitting van 11 februari 2020. | ||
De schriftelijke uitwerking van deze beschikking is vastgesteld op 19 februari 2020. | ||
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open. | ||