NJ 2010/376
Ontuchtige handelingen in de zin van art. 245 Sr. Seks tussen tieners.
HR 30-03-2010, ECLI:NL:HR:2010:BK4794, m.nt. N. Keijzer
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
30 maart 2010
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, J.W. Ilsink, W.M.E. Thomassen, H.A.G. Splinter-van Kan, W.F. Groos
- Zaaknummer
08/02059
- Conclusie
A-G Jörg
- Noot
N. Keijzer
- LJN
BK4794
- JCDI
JCDI:ADS127169:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BK4794, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 30‑03‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BK4794, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 24‑11‑2009
- Wetingang
Sr art. 245
Essentie
Het Hof heeft geoordeeld dat de door de verdachte jegens de aangeefster gepleegde seksuele handelingen als ontuchtig in de zin van art. 245 Sr moeten worden aangemerkt. Het Hof heeft daarbij — kort gezegd — in aanmerking genomen dat aangeefster 15 jaar was en verdachte 17, aangeefster verliefd was op X. en wel met X. naar bed wilde, aangeefster uiteindelijk seks heeft gehad met X. en met verdachte, waarbij volgens aangeefster de seks met verdachte niet vrijwillig was. Tegen de achtergrond van het belang dat art. 245 Sr beoogt te beschermen geeft dit oordeel niet blijk van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.