RI 2014/11:Actio Pauliana. Zekerheidsverlening kort voor faillissement. Kan de bank een beroep doen op de goede trouw van art. 51 lid 2 Fw? (Borsboom q.q./ING bank N.V.)

RI 2014/11

Actio Pauliana. Zekerheidsverlening kort voor faillissement. Kan de bank een beroep doen op de goede trouw van art. 51 lid 2 Fw? (Borsboom q.q./ING bank N.V.)

Documentgegevens:

HR 12-07-2013, ECLI:NL:HR:2013:CA1728

Instantie: Hoge Raad
Datum: 12 juli 2013
Magistraten: Mrs. E.J. Numann, A.M.J. van Buchem-Spapens, C.A. Streefkerk, A.H.T. Heisterkamp, M.V. Polak
Zaaknummer: 12/02028
Conclusie: wnd. A-G mr. A. Hammerstein
JCDI: JCDI:ADS915998:1
Vakgebied(en): Vermogensrecht / Rechtshandelingen
Insolventierecht / Faillissement
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:2013:CA1728, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑07‑2013
ECLI:NL:PHR:2013:CA1728, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 24‑05‑2013
Wetingang: Art. 42, 51 lid 2 Fw

Essentie

Actio Pauliana.

Zekerheidsverlening kort voor faillissement. Kan de bank een beroep doen op de goede trouw van art. 51 lid 2 Fw?

Samenvatting

BV A en Holding B zijn in 1999 onder hoofdelijke aansprakelijkheid een kredietfaciliteit aangegaan met de ING Bank onder verstrekking van zekerheden. BV A is voor drievierde deel eigenaar van een bedrijfspand. Holding B, de enig aandeelhouder van BV A, is voor het overig deel eigenaar van het pand. Het perceel waarop het pand gevestigd is wordt door BV A gehuurd van een derde. Op 31 maart 2003 is het huurcontract betreffende het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.