RvdW 2018-976:De Hoge Raad leest de beslissing van het hof aldus dat het zijn oordeel over de hoogte en modaliteit van de op te leggen gevangenisstraf in de plaats heeft gesteld van het door de rechtbank dienaangaande gegeven oordeel en dat het hof het vonnis van de rechtbank voor het overige heeft bevestigd, ook voor zover daarin de tenuitvoerlegging is gelast van de eerder aan de verdachte opgelegde voorwaardelijke gevangenisstraf.