NJ 1924, p. 535
Derden verzet door den Staat der Nederlanden tegen oen verstekvonnis tegen het Duitsche Rijk. Volkenrecht. Recht of belang ?
HR 21-03-1924, ECLI:NL:HR:1924:60 (De Booy/Duitse Rijk)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
21 maart 1924
- Magistraten
Mrs. Bosch, Fentener v. Vlissingen, Hesse, Jhr. Feith en Kosters
- Zaaknummer
[21031924/NJ_1924,_p._535]
- Conclusie
Conclusie van den Advocaat-Generaal Mr. I Ledeboer.
- Roepnaam
De Booy/Duitse Rijk
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS150292:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1924:60, Uitspraak, Hoge Raad, 21‑03‑1924
- Wetingang
(Rv art. 376-380; Wet AB art. 13a.)
Essentie
Derden verzet door den Staat der Nederlanden tegen oen verstekvonnis tegen het Duitsche Rijk. Volkenrecht. Recht of belang ?
Samenvatting
Strekking van het buitengewoon rechtsmiddel van derden-verzet. Geschiedenis. Verband met Jtet recht van voeging.
De verplichting van den Staat tegenover het buitenland tot nakoming van den regel van volkenrecht, dat — behoudens erkenning van rechtsmacht — de burgerlijke rechter niet oordeelt over publiekrechtelijke handelingen van een vreemden Staat, gaat niet gepaard met een recht den Staat tegenover bijzondere personen op naleving van den regel toekomende.
Wel is hier aanwezig een belang van den eersten rang voor den ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.