Wet wederzijdse bijstand in de Europese Unie bij de invordering van belastingschulden en enkele andere schuldvorderingen 2012
Artikel 48
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2012
- Bronpublicatie:
08-12-2011, Stb. 2011, 632 (uitgifte: 21-12-2011, kamerstukken: 33022)
- Inwerkingtreding
01-01-2012
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
08-12-2011, Stb. 2011, 632 (uitgifte: 21-12-2011, kamerstukken: 33022)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie
- Vakgebied(en)
Invordering / Dwanginvordering
Invordering / Inlichtingenverplichting
Bestuursrecht algemeen / Bijzondere onderwerpen bestuursrecht
1.
Het bepaalde in deze wet laat onverlet de toepassing van de meer uitgebreide wederzijdse bijstand welke met andere lidstaten is of zal worden overeengekomen, onder meer met betrekking tot de betekening van gerechtelijke of buitengerechtelijke akten.
2.
Bij het verlenen van die meer uitgebreide bijstand uit hoofde van bilaterale of multilaterale overeenkomsten of regelingen kunnen lidstaten gebruikmaken van het elektronisch communicatienetwerk en de standaardformulieren die voor de uitvoering van deze richtlijn worden gebruikt.
3.
Wanneer Nederland dergelijke multilaterale of bilaterale overeenkomsten sluit of regelingen treft voor onder deze richtlijn vallende aangelegenheden, behalve voor het afwikkelen van een op zichzelf staand geval, stelt Onze Minister de Commissie daarvan onverwijld in kennis.