Einde inhoudsopgave
Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Federatieve Republiek Brazilië tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen
Artikel 23 Vermijding van dubbele belasting
Geldend
Geldend vanaf 20-11-1994
- Bronpublicatie:
08-03-1994, Trb. 1990, 67 (uitgifte: 16-05-1990, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
20-11-1994
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
17-12-1991, Trb. 1991, 176 (uitgifte: 01-01-1991, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal belastingrecht (V)
Internationaal belastingrecht / Voorkoming van dubbele belasting
Internationaal belastingrecht / Belastingverdragen
1.
Nederland is bevoegd bij het heffen van belasting van zijn inwoners in de grondslag waarnaar de belasting wordt geheven, de bestanddelen van het inkomen te begrijpen die overeenkomstig de bepalingen van deze Overeenkomst in Brazilië mogen worden belast.
2.
Indien echter een inwoner van Nederland bestanddelen van het inkomen verkrijgt die volgens artikel 6, artikel 7, artikel 10, vierde lid, artikel 11, vijfde lid, artikel 12, vierde lid, artikel 13, eerste en tweede lid, artikel 14, artikel 15, artikel 16 en artikel 19 van deze Overeenkomst in Brazilië mogen worden belast en die in de in het eerste lid bedoelde grondslag zijn begrepen, stelt Nederland, onder voorbehoud van de bepalingen betreffende de wijze van toepassing, waaronder begrepen de bepalingen betreffende de verliescompensatie, in zijn eenzijdige voorschriften tot het vermijden van dubbele belasting, die bestanddelen vrij van belasting overeenkomstig de hiervoor genoemde bepalingen van deze Overeenkomst.
3.
Nederland verleent voorts een aftrek op de aldus berekende Nederlandse belasting voor die bestanddelen van het inkomen die volgens artikel 10, tweede lid, artikel 11, tweede lid, artikel 12, tweede lid, artikel 13, derde lid, artikel 17, artikel 18, eerste lid, en artikel 22 van deze Overeenkomst in Brazilië mogen worden belast, in zoverre deze bestanddelen in de in het eerste lid bedoelde grondslag zijn begrepen. Het bedrag van deze aftrek is gelijk aan de in Brazilië over deze bestanddelen van het inkomen betaalde belasting, maar bedraagt niet meer dan het bedrag van de vermindering die zou zijn verleend indien de aldus in het inkomen begrepen bestanddelen van het inkomen de enige bestanddelen van het inkomen zouden zijn geweest die uit hoofde van de bepalingen in de Nederlandse wetgeving tot het vermijden van dubbele belasting van Nederlandse belasting zijn vrijgesteld.
4.
Voor de toepassing van het derde lid wordt de in Brazilië betaalde belasting geacht te bedragen:
- a.
met betrekking tot dividenden als bedoeld in artikel 10, tweede lid, 25 percent van die dividenden indien zij worden betaald aan een Nederlands lichaam dat ten minste 10 percent van het stemgerechtigde kapitaal in het Braziliaanse lichaam bezit, en 20 percent in alle andere gevallen,
- b.
met betrekking tot interest als bedoeld in artikel 11, tweede lid, 20 percent van die interest,
- c.
met betrekking tot royalty's als bedoeld in artikel 12, tweede lid, onderdeel b, 25 percent van die royalty's indien zij worden betaald aan een Nederlands lichaam dat onmiddellijk of middellijk ten minste 50 percent van het stemgerechtigde kapitaal in een Braziliaans lichaam bezit, mits die royalty's niet aftrekbaar zijn bij de bepaling van het belastbare inkomen van het lichaam dat de royalty's betaalt, en 20 percent in alle andere gevallen.
5.
Indien een inwoner van Brazilië inkomsten verkrijgt die overeenkomstig de bepalingen van deze Overeenkomst in Nederland mogen worden belast, verleent Brazilië een vermindering van de belasting over het inkomen van die persoon tot een bedrag dat gelijk is aan de in Nederland betaalde belasting naar het inkomen. Deze vermindering overschrijdt evenwel niet dat deel van de belasting, zoals deze is berekend vóór het verlenen van de vermindering, dat kan worden toegerekend aan de inkomsten die in Nederland mogen worden belast.