RI 2017/98
Prejudiciële vragen. Kan Ontvanger bepaalde materieel na faillissement verschuldigd geworden teruggaven verrekenen met vorderingen op belastingschuldige dan wel andere tot een fiscale eenheid voor vennootschapsbelasting behorende partijen? (Schepel en Miedema q.q./Ontvanger)
HR 13-10-2017, ECLI:NL:HR:2017:2627
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
13 oktober 2017
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, G. Snijders, G. de Groot, M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek
- Zaaknummer
17/01773
- Conclusie
A-G mr. P.J. Wattel
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS173948:1
- Vakgebied(en)
Invordering / Verrekening
Insolventierecht / Faillissement
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:2627, Uitspraak, Hoge Raad, 13‑10‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:1056, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 31‑07‑2017
- Wetingang
Art. 53 Fw; art. 24 lid 1 Invorderingswet 1990; art. 392 Rv
Essentie
Verrekening. Omzetbelasting. Fiscale eenheid Vpb. Prejudiciële vragen.
Kan de Ontvanger bepaalde materieel na faillissement verschuldigd geworden teruggaven verrekenen met vorderingen op de belastingschuldige dan wel andere tot een fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting behorende partijen?
Samenvatting
Prejudiciële vragen:
I. Kan een aan de belastingschuldige als bedoeld in art. 24 lid 1 vierde volzin Iw 1990 uit te betalen bedrag ter zake van omzetbelasting dat materieel verschuldigd is geworden nadat deze belastingschuldige in staat van faillissement is verklaard, door de Ontvanger worden verrekend met een van deze belastingschuldige of van een andere maatschappij als bedoeld in art. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.