RvdW 2016/1005
Arbitrage. Aansprakelijkheid voorzitter scheidsgerecht voor niet-ondertekening vonnis door mede-arbiters (art. 1057 Rv)?; maatstaf HR 4 december 2009, NJ 2011/131 (Greenworld) m.b.t. aansprakelijkheid arbiters voor nadelige gevolgen later vernietigde uitspraak.
HR 30-09-2016, ECLI:NL:HR:2016:2215
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
30 september 2016
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, C.A. Streefkerk, A.H.T. Heisterkamp, M.V. Polak, C.E. du Perron
- Zaaknummer
15/00686
- Conclusie
A-G mr. E.B. Rank-Berenschot
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
Verbintenissenrecht (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:2215, Uitspraak, Hoge Raad, 30‑09‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:472, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑06‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 03‑02‑2015
- Wetingang
Art. 1057 Rv; art. 6:162 BW
Essentie
Arbitrage. Aansprakelijkheid voorzitter scheidsgerecht voor niet-ondertekening vonnis door mede-arbiters (art. 1057 Rv)?; maatstaf HR 4 december 2009, NJ 2011/131 (Greenworld) m.b.t. aansprakelijkheid arbiters voor nadelige gevolgen later vernietigde uitspraak.
In HR 4 december 2009, NJ 2011/131, m.nt. J.B.M. Vranken (Greenworld) is geoordeeld dat arbiters voor de nadelige gevolgen van een vernietigde beslissing slechts persoonlijk aansprakelijk kunnen worden gesteld indien zij met betrekking tot die beslissing opzettelijk of bewust roekeloos hebben gehandeld dan wel met kennelijke grove miskenning van hetgeen een behoorlijke taakvervulling meebrengt. Er is geen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.