V-N 2024/44.17
Voor oplegging vergrijpboeten vereiste wetenschap aanwezigheid aanmerkelijk belang niet goed beoordeeld
HR 04-10-2024, ECLI:NL:HR:2024:1394, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
4 oktober 2024
- Magistraten
Van Hilten, Faase, Cools
- Zaaknummer
23/00009
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS981225:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht / Aangifte
Loonbelasting / Loon
Fiscaal bestuursrecht / Boete
Inkomstenbelasting / Aanmerkelijk belang (box 2)
- Brondocumenten
Beroepschrift, Hoge Raad, 04‑10‑2024
ECLI:NL:HR:2024:1394, Uitspraak, Hoge Raad, 04‑10‑2024
- Wetingang
Essentie
De Hoge Raad oordeelt dat het hof niet goed heeft gemotiveerd dat overtuigend is aangetoond dat X met (voorwaardelijk) opzet geen gebruikelijk loon van de BV heeft verantwoord.
Samenvatting
Mevrouw X verricht in 2014 tot en met 2017 arbeid voor een BV, waarin haar echtgenoot een aanmerkelijk belang houdt. Volgens de inspecteur hebben X en haar echtgenoot nagelaten om gebruikelijk loon te verantwoorden. Hof Den Haag oordeelt dat X willens en wetens onjuiste aangiften heeft gedaan om het loon buiten het zicht van de fiscus te houden, waardoor te weinig belasting is geheven. De vergrijpboeten van in totaal ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.