Einde inhoudsopgave
Wet tot instelling gemeenten Almere en Zeewolde
Artikel 13
Geldend
Geldend vanaf 01-01-1984
- Bronpublicatie:
06-07-1983, Stb. 1983, 328 (uitgifte: 14-07-1983, kamerstukken: 17785 )
- Inwerkingtreding
01-01-1984
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
12-07-1983, Stb. 1983, 339 (uitgifte: 01-01-1983, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Staatsrecht / Decentralisatie
1.
Ten behoeve van de voortzetting van het comptabel beheer in verband met de overgang van gebied kunnen Onze Minister onderscheidenlijk gedeputeerde staten, de Landdrost onderscheidenlijk de besturen van de betrokken gemeenten gehoord, aanwijzingen geven, welke door elk van hen in acht moeten worden genomen.
2.
Indien het bestuur van een gemeente onderscheidenlijk de Landdrost zich met de gegeven aanwijzingen niet kan verenigen, kan elk van hen binnen een maand, te rekenen van de dag van verzending van deze aanwijzingen, bij Ons voorziening vragen.
3.
De begroting van de inkomsten en uitgaven der gemeente Almere onderscheidenlijk Zeewolde voor het op het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet aanvangende dienstjaar wordt vastgesteld binnen drie maanden na dat tijdstip. Voor het tijdvak waarin nog geen begroting is vastgesteld, zijn burgemeester en wethouders van de gemeente Almere onderscheidenlijk Zeewolde bevoegd tot het doen van uitgaven, voor zover daartegen bij Onze Minister geen bezwaar bestaat.