NJB 2017/1866
Opzettelijk iemand die schuldig is aan of verdachte is van enig misdrijf, verbergen of hem behulpzaam zijn in het ontkomen aan de nasporing van of aanhouding door de ambtenaren van de justitie of politie, art. 189 lid 1 aanhef en onder 1° Sr: hierbij is niet vereist dat uit de bewijsmiddelen blijkt ten aanzien van welk concreet aan te duiden misdrijf ten tijde van die behulpzaamheid een verdenking bestond jegens de persoon die de verdachte behulpzaam is geweest
HR 19-09-2017, ECLI:NL:HR:2017:2395
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
19 september 2017
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, E.S.G.N.A.I. van de Griend, M.J. Borgers
- Zaaknummer
15/04967
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Strafprocesrecht / Voorfase
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:2395, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 19‑09‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:839, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑06‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 09‑06‑2016
- Wetingang
(art. 189 Sr)
Essentie
Opzettelijk iemand die schuldig is aan of verdachte is van enig misdrijf, verbergen of hem behulpzaam zijn in het ontkomen aan de nasporing van of aanhouding door de ambtenaren van de justitie of politie, art. 189 lid 1 aanhef en onder 1° Sr: hierbij is niet vereist dat uit de bewijsmiddelen blijkt ten aanzien van welk concreet aan te duiden misdrijf ten tijde van die behulpzaamheid een verdenking bestond jegens de persoon die de verdachte behulpzaam is geweest
Uitspraak
Inleiding:
Verdachte is veroordeeld omdat hij – kort gezegd – ‘opzettelijk onbekend gebleven personen die verdachten zijn van een woninginbraak in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.