Inhoudsopgave
Ondernemingsrecht 2019/95:Een bespiegeling over de exceptieclausule van art. 10:8 BW, toegespitst op de incorporatieleer
Ondernemingsrecht 2019/95
Een bespiegeling over de exceptieclausule van art. 10:8 BW, toegespitst op de incorporatieleer
Documentgegevens:
Mr. dr. A.P.M.J. Vonken & mr. L.A.H.T. Vonken, datum 02-07-2019
- Datum
02-07-2019
- Auteur
Mr. dr. A.P.M.J. Vonken & mr. L.A.H.T. Vonken1
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS68697:1
- Vakgebied(en)
Internationaal privaatrecht / Internationaal bevoegdheidsrecht
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
- Wetingang
art. 10:118 BW; art. 10:8 BW
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Volgens de in art. 10:118 BW verankerde incorporatieleer wordt een corporatie beheerst door het recht van het land naar welks recht zij is opgericht. In de literatuur wordt door sommige auteurs ter discussie gesteld of een corporatie die uitsluitend haar (statutaire) zetel in Nederland heeft, maar die zelf nagenoeg geen activiteiten in Nederland uitoefent, door het Nederlandse incorporatierecht moet worden beheerst. Een zelfde twijfel wordt geuit met betrekking tot een Nederlandse beschermingsstichting, die is opgericht in het kader van de bescherming van een (eveneens) Nederlandse vennootschap die geen reële band met Nederland onderhoudt.
Een inbreuk op het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.