Einde inhoudsopgave
Richtlijn 86/635/EEG betreffende de jaarrekening en de geconsolideerde jaarrekening van banken en andere financiële instellingen
Artikel 39
Geldend
Geldend vanaf 23-12-1986
- Bronpublicatie:
08-12-1986, PbEG 1986, L 372 (uitgifte: 31-12-1986, regelingnummer: 86/635/EEG)
- Inwerkingtreding
23-12-1986
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
08-12-1986, PbEG 1986, L 372 (uitgifte: 31-12-1986, regelingnummer: 86/635/EEG)
- Vakgebied(en)
Jaarrekening (V)
1.
De activa en passiva in vreemde valuta worden omgerekend tegen de op de balansdatum geldende contante koers. De Lid-Staten kunnen echter toestaan of voorschrijven dat activa die tot de financiële vaste activa behoren, en materiële en immateriële activa worden omgerekend tegen de koers van de aanschaffingsdatum, voor zover deze activa niet of niet specifiek door contante of termijntransacties worden gedekt.
2.
Niet afgewikkelde termijn- en contante transacties in vreemde valuta dienen tegen de op de balansdatum geldende contante koers te worden omgerekend.
De Lid-Staten kunnen evenwel voorschrijven dat termijntransacties moeten worden omgerekend tegen de op de balansdatum geldende termijnkoers.
3.
Onverminderd artikel 29, punt 3, worden de verschillen tussen de boekwaarde van de activa, passiva en termijntransacties, enerzijds, en de bedragen die voortvloeien uit de overeenkomstig de leden 1 en 2 verrichte omrekening, anderzijds, in de winst- en verliesrekening opgenomen. De Lid-Staten kunnen evenwel toestaan of voorschrijven dat verschillen uit de omrekening overeenkomstig de leden 1 en 2 geheel of gedeeltelijk worden opgenomen in de niet-uitkeerbare reserves indien deze verschillen het resultaat zijn enerzijds van activa die tot de financiële vaste activa behoren, alsmede van materiële en immateriële activa, en anderzijds van transacties ter dekking van die activa.
4.
De Lid-Staten kunnen voorschrijven dat positieve omrekeningsverschillen, die afkomstig zijn van termijntransacties, activa of passiva die niet of niet specifiek door andere termijntransacties of activa of passiva gedekt worden, niet in de winst- en verliesrekening worden opgenomen.
5.
In geval van toepassing van één van de in artikel 59 van Richtlijn 78/660/EEG bedoelde methoden kunnen de Lid-Staten voorschrijven dat de omrekeningsverschillen geheel of gedeeltelijk rechtstreeks onder de reserves worden geboekt. De positieve en negatieve omrekeningsverschillen die aan de reserves worden toegevoegd, worden afzonderlijk in de balans of in de toelichting vermeld.
6.
De Lid-Staten kunnen toestaan of voorschrijven dat omrekeningsverschillen die bij consolidatie ontstaan door het opnieuw omrekenen van het aan het begin van het boekjaar aanwezige eigen vermogen van een verbonden onderneming, of van het op dat tijdstip gehouden aandeel in het eigen vermogen van een onderneming waarmee een deelnemingsverhouding bestaat, geheel of gedeeltelijk onder de geconsolideerde reserves worden geboekt, evenals de omrekeningsverschillen die ontstaan bij de omrekening van transacties ter dekking van dat eigen vermogen.
7.
De Lid-Staten kunnen toestaan of voorschrijven dat de baten en lasten van de verbonden ondernemingen en de deelnemingen worden omgerekend tegen de tijdens het boekjaar geldende gemiddelde koers.