Einde inhoudsopgave
Richtlijn 2005/44/EG betreffende geharmoniseerde River Information Services (RIS) op de binnenwateren in de Gemeenschap
Bijlage II Beginselen voor de ris-richtsnoeren en technische specificaties
Geldend
Geldend vanaf 20-10-2005
- Bronpublicatie:
07-09-2005, PbEU 2005, L 255 (uitgifte: 30-09-2005, regelingnummer: 2005/44/EG)
- Inwerkingtreding
20-10-2005
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
07-09-2005, PbEU 2005, L 255 (uitgifte: 30-09-2005, regelingnummer: 2005/44/EG)
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Binnenvaart
Informatierecht / ICT
1. RIS-richtsnoeren
Bij het opstellen van de in artikel 5 vermelde RIS-richtsnoeren moeten de volgende beginselen in acht worden genomen:
- a)
de technische vereisten voor de planning, de toepassing en het gebruik van de diensten en aanverwante systemen moeten worden aangegeven;
- b)
de architectuur en organisatie van RIS;
- c)
met het oog op de individuele diensten en de stapsgewijze ontwikkeling van RIS, moeten schepen worden aangemoedigd om deel te nemen aan RIS.
2. Inland ECDIS
Bij het opstellen van de in artikel 5 vermelde technische specificaties voor een Electronic Chart Display and Information System (Inland ECDIS) moeten de volgende beginselen in acht worden genomen:
- a)
Inland ECDIS moet compatibel zijn met maritieme ECDIS om het verkeer van binnenschepen in gemengde verkeerszones als riviermondingen en het zee-binnenwaterverkeer te vergemakkelijken;
- b)
er moeten minimumvoorschriften met betrekking tot Inland ECDIS-apparatuur en de inhoud van elektronische navigatiekaarten worden vastgesteld om de veiligheid van de binnenvaart te bevorderen, met name met betrekking tot:
- —
een hoog niveau van betrouwbaarheid en beschikbaarheid van de gebruikte Inland ECDIS-apparatuur;
- —
de mate waarin de Inland ECDIS-apparatuur bestand is tegen de omstandigheden die aan boord van een schip heersen, zonder dat de kwaliteit of de betrouwbaarheid achteruitgaat,
- —
het opnemen in de elektronische navigatiekaarten van diverse soorten geografische objecten (bv. vaarweggrenzen, walconstructies, bakens) die bijdragen tot de veiligheid,
- —
de controle van de elektronische kaart aan de hand van radarbeeld-overlay, wanneer het schip op basis van deze kaart wordt bestuurd;
- c)
het opnemen van informatie over de diepte van de vaarweg in de elektronische navigatiekaart en het weergeven tot een vooraf bepaald of werkelijk waterpeil;
- d)
het opnemen van aanvullende informatie (bv. van andere partijen dan de bevoegde instanties) in de elektronische navigatiekaart en het weergeven van deze informatie op de Inland ECDIS, zonder dat dit ten koste gaat van de informatie die nodig is om de veiligheid van de navigatie te garanderen;
- e)
de beschikbaarheid van elektronische navigatiekaarten voor RIS-gebruikers;
- f)
het beschikbaar stellen van de gegevens van elektronische navigatiekaarten aan alle fabrikanten van toepassingen, indien passend en tegen een redelijke, aan de kosten gerelateerde prijs.
3. Elektronische scheepsrapportering
Bij het opstellen van de technische specificaties voor elektronische scheepsrapportering in de binnenvaart, overeenkomstig artikel 5, moeten de volgende beginselen in acht worden genomen:
- a)
de elektronische uitwisseling van gegevens tussen de bevoegde instanties van de lidstaten, de deelnemers aan binnenvaart, de zeevaart en het multimodaal vervoer, voorzover de binnenvaart er deel van uitmaakt, moet worden vergemakkelijkt;
- b)
om informatie over het vervoer door te sturen van het schip naar de bevoegde instantie, van de bevoegde instantie naar het schip en van bevoegde instantie naar bevoegde instantie moet gebruik worden gemaakt van gestandaardiseerde berichten, die compatibel moeten zijn met de berichten die in de zeevaart worden gebruikt;
- c)
er dienen internationaal aanvaarde codelijsten en classificaties te worden gebruikt, eventueel met aanvullende informatie om tegemoet te komen aan specifieke behoeften van de binnenvaart;
- d)
er dient een uniek Europees scheepsidentificatienummer te worden gebruikt.
4. Berichten aan de scheepvaart
Bij het opstellen van de technische specificaties voor berichten aan de scheepvaart, overeenkomstig artikel 5, met name wat vaarweginformatie, verkeersinformatie, verkeersbeheer en reisplanning betreft, moeten de volgende beginselen in acht worden genomen:
- a)
de gestandaardiseerde gegevensstructuur moet gebruikmaken van vooraf gedefinieerde tekstmodules die in grote mate gecodeerd zijn, zodat de belangrijkste inhoud automatisch in andere talen kan worden vertaald en de berichten aan de scheepvaart gemakkelijk in reisplanningssystemen kunnen worden geïntegreerd;
- b)
de gestandaardiseerde gegevensstructuur moet compatibel zijn met de gegevensstructuur van Inland ECDIS, om de integratie van de berichten aan de scheepvaart in Inland ECDIS te vergemakkelijken.
5. Tracking- en tracingsystemen van schepen
Bij het opstellen van de technische specificaties voor tracking- en tracingssystemen van schepen, overeenkomstig artikel 5, moeten de volgende beginselen in acht worden genomen:
- a)
er dient te worden nagegaan welke vereisten tracking- en tracingssystemen van schepen stellen aan systemen en er moeten standaardberichten en -procedures worden vastgesteld, zodat deze automatisch kunnen worden doorgegeven;
- b)
er moet een onderscheid worden gemaakt tussen systemen die aan de vereisten van tactische verkeersinformatie voldoen en systemen die aan de vereisten van strategische verkeersinformatie voldoen, zowel wat de nauwkeurigheid van de plaatsbepaling als de vereiste bijwerkingssnelheid betreft;
- c)
de relevante technische tracking- en tracingssystemen van schepen, zoals inland-AIS (automatisch identificatiesysteem), moeten worden omschreven;
- d)
de verenigbaarheid van de dataformaten met het AIS-systeem voor de zeevaart.