Einde inhoudsopgave
Wet op de vennootschapsbelasting 1969
Artikel 20 [Verrekening van verliezen]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2022
- Redactionele toelichting
Vindt voor het eerst toepassing met betrekking tot boekjaren die aanvangen op of na 01-01-2022, met dien verstande dat de wijzigingen met betrekking tot de voorwaartse verliesverrekening, in afwijking van de t/m 31-12-2021 geldende tekst van deze wet, toepassing vinden met betrekking tot verliezen die zijn geleden in boekjaren die zijn aangevangen op of na 01-01-2013, voor zover deze verliezen worden verrekend met belastbare winsten of Nederlandse inkomens genoten in boekjaren die aanvangen op of na 01-01-2022.
- Bronpublicatie:
16-12-2020, Stb. 2020, 540 (uitgifte: 23-12-2020, kamerstukken: 35572)
- Inwerkingtreding
01-01-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-05-2021, Stb. 2021, 257 (uitgifte: 04-06-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Vennootschapsbelasting / Verliesverrekening
1
Indien de berekening van de belastbare winst of van het Nederlandse inkomen leidt tot een negatief bedrag, wordt dit aangemerkt als een verlies.
2.
Een verlies wordt verrekend met de belastbare winsten, onderscheidenlijk de Nederlandse inkomens, van het voorafgaande jaar en de volgende jaren, mits het verlies door de inspecteur is vastgesteld bij voor bezwaar vatbare beschikking. Daarbij vindt verrekening in een jaar slechts plaats tot een bedrag van € 1.000.000 vermeerderd met 50% van de belastbare winst, onderscheidenlijk het Nederlandse inkomen, van dat jaar nadat die winst, onderscheidenlijk dat inkomen, is verminderd met een bedrag van € 1.000.000.
3.
In afwijking van het tweede lid zijn de verliezen geleden in een periode waarin een belastingplichtige als beleggingsinstelling is aangemerkt (statusperiode), niet verrekenbaar met de belastbare winsten, onderscheidenlijk Nederlandse inkomens, die buiten de statusperiode zijn genoten, en zijn verliezen die buiten de statusperiode zijn geleden niet verrekenbaar met de winsten, onderscheidenlijk Nederlandse inkomens, die binnen de statusperiode zijn genoten.
4.
De verrekening geschiedt in de volgorde waarin de verliezen zijn ontstaan en de belastbare winsten zijn gemaakt of de Nederlandse inkomens zijn genoten.
5.
De in het tweede lid genoemde termijn voor de achterwaartse verliesverrekening wordt voor een belastingplichtige aan wie wegens gemoedsbezwaren tegen één of meer volksverzekeringen ontheffing is verleend als bedoeld in artikel 64, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Wet financiering sociale verzekeringen, en hij daarvoor bij de aangifte kiest, voor in het zesde lid bedoelde verliezen vervangen door drie jaar.
6
Het vijfde lid is van toepassing op verliezen die zijn toe te rekenen aan kosten en lasten van schade als gevolg van risico's die andere belastingplichtigen die wat betreft aard en omvang van de bedrijfsactiviteiten in een vergelijkbare positie verkeren als de belastingplichtige, plegen te verzekeren.